De bedrijven achter de blu-ray-standaard hebben aangekondigd het licentiemodel voor de deelnemende fabrikanten te vereenvoudigen. Ook zouden de tarieven 'aantrekkelijker' worden, maar of de winkelprijzen zullen dalen is nog onduidelijk.
Panasonic, Philips en Sony, de drie belangrijkste leden van de Blu-ray Disc Association, hebben een samenwerkingsverband met de patenthouders van de standaard aangekondigd. De drie bedrijven willen de verkoop van licenties voor blu-ray-producten vereenvoudigen en een zogenoemde 'one-stop-shop' voor alle licenties opzetten. Bedrijven die blu-ray-spelers of -schijfjes produceren, zouden voortaan bij slechts één instantie hoeven aankloppen.
De nog op te richten licentiewinkel zal worden geleid door Gerald Rosenthal, die eerder de intellectueel-eigendomsportefeuille van IBM beheerde. Rosenthal zegt dat het nieuwe bedrijf de licenties 'tegen aantrekkelijke tarieven' zal aanbieden om de groei van blu-ray te bevorderen. Het licentiebedrijf zou medio 2009 operationeel worden.
Alle fabrikanten zouden voortaan evenveel licentiekosten betalen in plaats van de uiteenlopende tarieven die nu gehanteerd worden. Fabrikanten van blu-ray-spelers zouden 9,50 dollar per apparaat betalen, terwijl voor een brander 14 dollar moet worden afgerekend. Voor een bd-rom zou elf dollarcent moeten worden betaald, een eenmalig beschrijfbaar schijfje zou twaalf dollarcent gaan kosten en voor re-schijfjes zou voortaan vijftien dollarcent worden afgerekend. In hoeverre de consument iets van de veranderde prijsstructuur zal merken, is echter nog onbekend. Zo zijn er diverse licenties waar periodiek een vaste bijdrage voor betaald moet worden. Fabrikanten zijn dan goedkoper uit naarmate ze meer produceren, en dat voordeel zal in de nieuwe situatie verdwijnen.
