Een rechter in Seattle heeft toestemming gegeven om het proces dat twee kopers van pc's met de sticker 'Vista Capable' tegen Microsoft voeren, om te zetten in een zogenaamde 'class action'.
Windows Vista was door allerlei technische problemen nog niet klaar aan het eind van 2006, maar om de kerstverkopen te stimuleren gaf Microsoft toestemming aan pc-fabrikanten om een sticker met 'Vista Capable' op hun machines te plakken, indien deze aan de minimumeisen voldeden om Vista te kunnen draaien. Toen de nieuwe Windows-versie uitkwam, bleek een groot aantal van deze pc's alleen maar de meest beperkte versie, 'Vista Home Basic', te kunnen draaien.
Veel consumenten voelden zich hierdoor bedrogen, omdat de computers nu niet de beschikking hadden over de features waarmee Vista werd aangeprezen, zoals de Aero Glass-interface. Twee kopers van 'Vista Capable'-pc's vonden dat Microsoft nooit toestemming had mogen geven om stickers op pc's te laten plakken die niet meer dan de basisversie konden draaien en eisten voor de rechter een schadevergoeding.
Over de schadevergoeding is nog niet beslist, maar rechter Marsha Pechman heeft inmiddels wel toestemming gegeven om het proces van de twee kopers om te zetten in een class action-zaak. Dat betekent dat alle consumenten die in dezelfde situatie zitten als de twee oorspronkelijke klagers zich bij hen kunnen aansluiten en eveneens een schadevergoeding kunnen incasseren, mits Microsoft hiertoe wordt veroordeeld.
Bij een hoorzitting die twee weken geleden gehouden werd, betoogde Microsoft nog dat iedere koper op basis van verschillende informatie tot aankoop was overgegaan, en dat ze daarom niet allemaal op één hoop konden worden geveegd. De rechter ging echter mee met de klagers, die betoogden dat de situatie van iedereen identiek was, in die zin dat ze niet gekregen hadden waar ze voor betaald hadden. Microsoft verklaarde het vonnis nader te willen bestuderen voordat het bedrijf er een reactie op zal geven.