De openbaar aanklager van de Amerikaanse staat Oregon heeft zich gemengd in de rechtszaak die door de Riaa is aangespannen tegen 17 anonieme studenten van de Universiteit van Oregon. Hij stelt dat een deel van de Riaa-eisen onwettig is.
De Recording Industry Association of America had enkele weken geleden een dagvaarding verstuurd naar de Universiteit van Oregon met het verzoek die door te sturen naar zeventien anonieme studenten. Volgens onderzoek van de Riaa, waarbij gebruikgemaakt was van onderzoekssoftware van SafeNet, zouden deze studenten namelijk zonder toestemming van de rechthebbenden bestanden hebben verspreid.
Toen de universiteit niet aan dit verzoek gehoor wilde geven, begon de antipiraterij-organisatie een rechtszaak om de persoonsgegevens te verkrijgen. De universiteit wordt in zijn verdediging bijgestaan door de openbaar aanklager van Oregon, die nu een officiële reactie gegeven heeft, zo meldt Ars Technica.
De openbaar aanklager stelt daarin dat het gebruik van de SafeNet-software niet is toegestaan in Oregon. Ook heeft hij zo zijn vragen bij de manier waarop de Riaa te werk is gegaan om bruikbare gegevens te verkrijgen uit de SafeNet-data. De Riaa had eerder al aangegeven niet te willen reageren op de vraag of er dataminingtechnieken waren toegepast om 'persoonlijke en vertrouwelijke informatie' te verkrijgen.
Verder is de openbaar aanklager van mening dat de bewoordingen die de Riaa gebruikt heeft te algemeen en te breed zijn. Hierdoor wordt de suggestie gewekt dat er veel bewijs is, terwijl dit in werkelijkheid anders kan zijn. Daarnaast vindt hij het opvallend dat er een expert witness is ingezet die op geen enkele manier bij de voorliggende zaak is betrokken.
De Riaa verweerde zich onder meer door te stellen dat de openbaar aanklager in 2004 wel had meegewerkt aan een rechtszaak tegen de Portland State University en dat er destijds wel persoonsgegevens overhandigd waren. De Universiteit van Oregon zou daarom wel degelijk in staat zijn om de gegevens te verstrekken. De openbaar aanklager stelde echter dat het om verschillende universiteiten met eigen procedures en regels gaat, waardoor de situatie niet gekopieerd kan worden.
Voordat de Universiteit van Oregon wil overgaan tot het vrijgeven van de gegevens, wil ze eerst zelf onderzoek doen om de gegevens te controleren. Daarnaast wil de universiteit tot in detail van de Riaa horen wat de economische schade is die door de studenten is aangericht in het geval dat er muziekbestanden zijn verspreid. Al met al maakt dit de rechtszaken van de Riaa niet gemakkelijker en de uitkomst is derhalve onzeker.