Intel heeft meer details bekendgemaakt over zijn plannen voor ultra-mobiele pc's, apparaten twee tot vier keer zo klein als een gemiddelde notebook, maar met dezelfde functionaliteit. De roadmap loopt tot en met 2009 en toont drie verschillende platforms.
De eerste uitvoering van het umpc-concept (Origami) werd niet met heel veel succes begroet: zelfs de fabrikanten geven openlijk toe dat het nog niet optimaal is. De huidige versies zijn dan ook grotendeels gebaseerd op standaard notebookcomponenten, waardoor het geheel relatief lomp is. Sindsdien heeft Intel echter de Ultra Mobility Group in het leven geroepen, een speciale afdeling die hardware voor dit soort apparaten ontwikkelt. Het eerste resultaat daarvan is het McCaslin-platform, dat op het afgelopen IDF werd aangekondigd.
McCaslin brengt de grootte van de componenten terug van 2915mm² naar 975mm², onder andere dankzij een speciaal ontworpen mini-socket en een zwaar gestripte southbridge. De processor voor dit platform is de op Pentium M gebaseerde 'Stealey', een 32-bits 90nm-chip met 512KB L2 en 400MHz bus. De chip is in twee smaken verkrijgbaar: A100 (600MHz) en A110 (800MHz). Beide verbruiken maximaal 3 watt en kunnen met een aantal tussenstappen terugschalen tot 0,4 watt in slaapstand. Het totale platform heeft een maximaal verbruik van 9,3 watt met een gemiddelde van 1,95 watt, waardoor hij volgens Intels eigen tests ongeveer vijf uur standby, twee uur intensief video kijken of drie-en-half uur licht gebruik kan doorstaan op een acculading.

De volgende stap wordt in 2008 gezet met het Menlow-platform. Hiervoor ontwikkelt met ten eerste een nieuwe chipset die north- en southbridge integreert en een superkleine 45nm-processor met de codenaam 'Silverthorne'. Samen brengen deze het formaat terug naar 666mm², minder dan een kwart van de eerste generatie. Welke architectuur Silverthorne gebruikt is een mysterie, maar de ondersteuning van zowel 64-bit als HyperThreading lijkt er op te wijzen dat het een afgeleide van Nehalem is. Een alternatieve verklaring is dat Intel een speciale core heeft ontworpen voor deze productlijn, die niet echt te vergelijken is met de rest van de x86-chips. Hoe dan ook moet hij op kloksnelheden van 900MHz tot 1,86GHz gaan draaien, een flinke sprong boven de 800MHz van de A110. Desondanks zou de accu het minder zwaar krijgen: men verwacht dat het gemiddelde verbruik gehalveerd wordt, zodat de standbytijd naar tien uur gaat en je tot zes uur moet kunnen internetten.
In 2009 maakt men het nog bonter: door nog verdere integratie van componenten zou men de grootte nogmaals kunnen halveren naar ongeveer 350mm². Dit gebeurt onder andere door de geheugencontroller en graphics met de processor te integreren. Het doel voor dit zogeheten 'Moorestown' platform is verder om het gemiddelde verbruik wederom te halveren, waarmee het op slechts 0,5 watt uit zou komen. De accu moet zo de hele (werk)dag mee kunnen gaan. Hoeveel men hier uiteindelijk van waar kan maken zullen we nog moeten zien, maar de ambitie om van de eerste lompe umpc's naar kleine, krachtige en hele zuinige modellen te gaan is in ieder geval aanwezig.
