Nadat Google eerder deze maand het verzoek van de Amerikaanse regering om een uittreksel van de gelogde zoekresultaten op te geven weigerde, probeert het ministerie van Justitie nu de gegevens door middel van gerechtelijke dwang te bemachtigen. Het overheidsorgaan heeft een verzoek van achttien pagina's ingediend waarin het uiteenzet dat de opgevraagde informatie is ontdaan van persoonsgebonden informatie zoals IP-adressen en daardoor dus niet in conflict is met het het burgelijk recht op privacy, een argument dat Google had gebruikt om niet aan de vraag van Justitie te voldoen. Behalve de privacy van zijn klanten wil de zoekmachine ook het vertrouwen in zijn integriteit bewaken. Het aanleveren van de zoekopdrachten, al dan niet onder dwang van de rechter, zou dat vertrouwen schaden.
Philip B. Stark, adviseur van het ministerie, vindt Googles redenatie onzinnig. Volgens hem wordt in het onderzoek niet zo diep op de zoekopdrachten zelf ingegaan. Het plan is om een steekproef te nemen en de resultaten van deze opdrachten te categoriseren. De overheid wil de logbestanden gebruiken om aan te tonen dat websites met kinderpornografie makkelijk op te sporen zijn en als bewijs dat het systeem dat nu gebruikt wordt om pikant getinte sites te filteren, ongeschikt is. Dat laatste kan vervolgens als argument dienen om de Child Online Protection Act uit de dood te laten herrijzen. Deze wet zou het moeilijker moeten maken voor minderjarigen om pornografisch materiaal op te vragen, maar werd door de rechter in 1998 van de hand gewezen als constitutioneel ontoelaatbaar.