Nadat Apple maandag aankondigde over te gaan stappen naar Intel-processors met de bijbehorende architectuur, werd al snel de vraag gesteld of en hoe PowerPC-software zou draaien op de nieuwe Apple-systemen. Dit zal inderdaad mogelijk zijn, omdat Apple een PowerPC-emulator aan het besturingssysteem zal toevoegen. De engine in de emulator, die Rosetta is genoemd, is ontwikkeld door het Silicon Valley-bedrijf Transitive. Wanneer een programma gestart wordt dat alleen voor de PowerPC is gecompileerd, zal Rosetta gestart worden. De emulatorsoftware zal vervolgens alle PowerPC-instructies vertalen naar x86-instructies, zodat het programma zonder problemen zal werken. Vanzelfsprekend is emulatorsoftware nooit perfect, maar Rosetta kan op dit moment al zonder problemen de PowerPC-versies van Adobe Photoshop, Microsoft Word en Microsoft Excel draaien.
Een probleem bij het gebruik van emulators is performance. Transitive heeft zichzelf echter hoge eisen opgelegd om te bereiken dat geëmuleerde software in vergelijking tot native code zo snel mogelijk draait. De vraag is echter hoe goed Rosetta zal werken. Naar mate meer processorbewerkingen gevraagd worden om binaire code te emuleren, neemt de snelheid van de geëmuleerde software echter sterk af. Vaak wordt beweerd dat het mogelijk is een snelheid van 50 tot 60 procent van het origineel te halen, maar wordt vervolgens slechts 30 tot 40 procent gehaald, aldus analist Nathan Brookwood. Apples Steve Jobs is echter tevreden over de prestaties van de emulatiesoftware. Tijdens zijn keynote zei hij dat de software "pretty fast" draait. Het is echter de vraag in hoeverre deze gebruikservaring bepaald is door het systeem dat Jobs gebruikte; een 3,6GHz Pentium 4 met 2GB geheugen.
Het is niet voor het eerst dat Apple in zijn besturingssysteem gebruikmaakt van een emulator om achterwaartse compatibiliteit te waarborgen. Toen het bedrijf in 1994 overstapte van Motorola's 680x0-processors naar de PowerPC-architectuur voegde het bedrijf ook emulatiesoftware aan zijn besturingssysteem toe. Hoewel Rosetta in staat zal zijn om een groot deel van de software te emuleren, heeft het product ook enkele beperkingen. Zo kan software die is geschreven voor de Altivec-instructies van de PowerPC niet geëmuleerd worden en hetzelfde geldt voor software die per se een G4- of G5-cpu nodig heeft. Verder zullen programma's voor Mac OS Classic niet werken en ten slotte zullen kernelextensies niet werken. Apple hoopt echter dat veel ontwikkelaars universal binary's zullen uitbrengen, een binary waarin zowel PowerPC- als x86-code is te vinden voor maximale compatibiliteit.