De Nederlandse overheid heeft een nieuwe nationale veiligheidsstrategie opgesteld. Beveiliging tegen 'cyberdreigingen' is daarin tussen 2023 en 2029 een van de prioriteiten. Het kabinet noemt onder andere Log4j als voorbeeld van een gevaar voor de maatschappij.
Ministers Yeşilgöz-Zegerius en Hoekstra van Justitie en Veiligheid en van Buitenlandse Zaken hebben het rapport aangeboden aan de Tweede Kamer. De Nationale Veiligheidsstrategie wordt iedere vijf jaar opgesteld. In het document kijkt de overheid samen met overheidsinstellingen zoals de NCTV of het NCSC naar de grootste dreigingen voor de Nederlandse staat. Ook worden er oplossingen beschreven voor die problemen. In de strategie voor de komende vijf jaar wordt een belangrijk deel gewijd aan digitale veiligheid van het koninkrijk.
De overheid ziet met name gevaren in de verwevenheid van technologische ontwikkelingen in alle onderdelen van de maatschappij. Daarmee kan een specifieke dreiging grote gevolgen hebben op veel andere gebieden. Ook waarschuwt de overheid ervoor dat cyberdreigingen op veel verschillende plekken gevaar kunnen opleveren. In de veiligheidsstrategie wordt bijvoorbeeld een ziekenhuis genoemd dat geen operaties kan uitvoeren of een bank die niet meer bereikbaar is.
In de strategie worden verschillende praktische voorbeelden genoemd van eerdere cyberaanvallen die gevaren hebben opgeleverd. Zo wordt onder andere de ransomware NotPetya genoemd, samen met Log4j, een kwetsbaarheid in een veelgebruikte Java-library die overigens weinig praktische schade heeft veroorzaakt. Ook staat in de veiligheidsstrategie een aanval beschreven op het drinkwaterbedrijf van Sint-Maarten, die door een ransomwareaanval niet meer bij financiële klantgegevens kon. Daardoor was 'de continuïteit in gevaar gekomen'.
De veiligheidsstrategie noemt specifiek het Caribisch gebied. Daar loopt het cybersecuritybeleid achter. Er zijn bij veel cruciale infrastructuurdiensten bijvoorbeeld geen goede back-ups of noodplannen. Dat heeft mogelijk 'grote cascade-effecten', mocht er iets gebeuren.
Veel van de waarschuwingen in de strategie zijn niet nieuw. In rapporten en waarschuwingen van de overheid en instanties zoals de NCTV wordt al jaren gewaarschuwd voor 'digitale ontwrichting'. In de nieuwe veiligheidsstrategie erkent de overheid dat ook: "Ondanks eerdere inspanningen om de weerbaarheid te verhogen, is er een scheefgroei tussen de toenemende en snel ontwikkelende dreiging en de opbouw van de weerbaarheid."
Als oplossing worden verschillende prioriteiten opgenoemd. In de eerste plaats moeten organisaties inzetten op 'bewuste' risicobeheersing en -detectie, herstel- en responsvermogen. Daarnaast pleit de strategie voor meer Europese samenwerking en moeten er 'minder strategische afhankelijkheden' komen op digitaal gebied. Daarnaast wil de overheid de cybersecurityarbeidsmarkt stimuleren en meer inzetten op beter onderwijs rondom digitale vaardigheden.