Verschillende experts waarschuwen de Nederlandse overheid voor de risico's van het gebruik van drones van het Chinese merk DJI. De politie test deze drones, maar de fabrikant gaf deze week aan bereid te zijn data te delen met de Chinese overheid.
Een woordvoerder van de Chinese dronefabrikant DJI gaf deze week tegenover Bloomberg toe dat het bedrijf in gesprek is met de Chinese overheid over toegang tot zijn data. Daarbij gaat het om locatie, vluchtgegevens en mogelijk beelden die gebruikers hebben gemaakt. Niet duidelijk is of de gesprekken betrekking hebben op gebruikers wereldwijd of alleen in China. In het privacybeleid van de fabrikant staat wel dat gegevens van de DJI Go-app de servers van het bedrijf in China, Hong Kong en de VS kunnen passeren. DJI claimt dat gebruikers hoe dan ook een notificatie krijgen als hun gegevens zijn overhandigd aan de autoriteiten.
De mededeling van DJI is voor enkele deskundigen aanleiding hun zorg richting de overheid en het bedrijfsleven uit te spreken. Volgens Lucas van Oostrum van de start-up Delft Aerial Robotics, oefent de Nederlandse politie met DJI-drones en heeft het Chinese bedrijf een aandeel van 70 procent op de markt voor professionele drones. Hij bevestigt tegen BNR dat er tweewegcommunicatie met de servers plaatsvindt: "Wie zegt niet dat er even een screenshot genomen wordt, dat zal je niet zo snel merken in je dataverbruik."
Ook Peter Wijninga van het onafhankelijke adviesbureau The Hague Centre for Strategic Studies zegt dat de politie test met DJI-drones. Hij hoopt dat de overheid zich bewust is van de risico's 'en dat als ze die daadwerkelijk gaan gebruiken voor inzet, ook voor hulpdiensten, ze daar maatregelen tegen neemt of heel andere modellen koopt'. De politie liet BNR weten nog geen besluit over een eventuele aankoop genomen te hebben.