Een echte grens bestaat niet. Er is wel een punt waarop de statistische foutmarge te groot wordt om te kunnen gebruiken in een microchip.
Het gebruik van een processor berust volledig op het wel of niet doorgeven van elektronen door een transistor. Een transistor is te vergelijken met een deurbel, maar dan niet een vinger en een knop, maar een elektrische stroom die het 'aan' signaal genereert. Op het moment dat er een stroom komt te staan op de 'base' (de knop) van de transistor, kan er een stroom gaan lopen van de 'collector' (de 'plus') naar de 'emitter' (de 'min').
Door gebruik van zulke transistoren kun je logische poorten maken. Een processor gebruikt een hele hoop van deze transistoren om allerlei logische poorten te maken. Natuurlijk is een processor een stuk complexer dan een hele hoop AND-poorten aan elkaar geschakeld, maar de essentie is wel degelijk hetzelfde.
Op de schaal van vandaag komen we fenomenen tegen die we soms nog niet geheel kunnen verklaren, namelijk quantum-fenomenen. Quantummechanica is een vreemde vorm van natuurkunde, want dingen die op grote schaal onmogelijk lijken, kunnen opeens wel voorkomen. Het probleem wat je in processoren tegenkomt heet 'quantum tunneling'.
Laten we een transistor zien als een deur. Een deur is over het algemeen dicht, maar op het moment dat je op een knop drukt, opent deze deur automatisch (zoals een deur in het ziekenhuis). Zo lang als jij die knop ingedrukt houd, kunnen er mensen door de deur lopen.
Op de schaal van rond 2000 (0,13µm procedés) waren fenomenen als quantum tunneling totaal niet relevant. op deze schaal komt zoiets zo weinig voor, dat het zinloos is om er rekening mee te houden. Echter, de transistoren zijn steeds kleiner geworden, waardoor quantum tunneling roet in het eten is gaan gooien.
Wat doet quantum tunneling namelijk? Quantum tunneling is een fenomeen wat ervoor kan zorgen dat iemand 'door de deur heen' kan lopen. De schakelaar is niet ingedrukt, de deur is dicht, maar toch loopt er iemand (misschien wel meer dan één persoon!) door de deur. Dit is op de schaal van hoe wij de wereld observeren onbegrijpelijk.
Het is dit effect wat problemen veroorzaakt naar het omlaag schalen van de transistorgrootte op de processoren. Een processor is een grote rekenmachine, en je wilt dat een rekenmachine exact en juist is in zijn antwoorden. Je hebt niks aan een rekenmachine die in 20% van de gevallen een verkeerd antwoord geeft bijvoorbeeld!
Wat is dan de grens? Moeilijk te zeggen! Het silicium-atoom wat wordt gebruikt heeft een
van der Waals-radiaal van 210pm (0,21 nm). Dat wil zeggen dat op een 14nm procedé het aantal atomen dat overbrugt moet worden om van de collector naar de emitter te komen, ongeveer 65 is. Als we een manier kunnen vinden om quantum tunneling te stoppen en een enkel silicium-atoom kunnen gebruiken als transistor, zou de grens 210pm zijn. Dit lijkt echter op dit moment nog zeer onwaarschijnlijk, aangezien we op de huidige schaal al regelmatig problemen tegenkomen met quantum tunneling. De persoon om met een oplossing voor quantum tunneling te komen is de sleutel naar het natuurkundig limiet, en kan zichzelf bijna verzekeren van een Nobel-prijs.
[Reactie gewijzigd door naarden 4ever op 26 juli 2024 20:48]