Minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken heeft een brede motie van wantrouwen over de onduidelijkheid rond de 1,8 miljoen metadata overleefd. De motie werd gesteund door vrijwel de gehele oppositie. Er bestond lang onduidelijkheid over de herkomst van de metadata.
De coalitiepartijen VVD en PvdA bleven minister Plasterk steunen, net als de ChristenUnie en de SGP. Daarmee staat er nog steeds een meerderheid in de Tweede Kamer achter de minister, ondanks de onduidelijkheid die bestond over de herkomst van de 1,8 miljoen metadata. Een motie van wantrouwen is bedoeld om een minister of staatssecretaris tot aftreden te dwingen.
De Tweede Kamer vergaderde van half 5 's middags tot kwart voor drie 's nachts over de kwestie. Vorige week bleek dat de 1,8 miljoen metadata die afgelopen herfst in het nieuws kwamen door onthullingen van NSA-klokkenluider Edward Snowden niet door de NSA in Nederland werden verzameld, maar juist door de Nederlandse inlichtingendiensten zijn ingewonnen. Vervolgens zijn die gedeeld met de NSA. Plasterk en Hennis-Plasschaert wisten al in november dat dat zo was, maar kwamen daar pas vorige week mee naar buiten, omdat de kwestie van de 1,8 miljoen metadata in een rechtszaak tegen minister Plasterk aan de orde kwam.
De Tweede Kamer was niet alleen ontevreden dat Plasterk aanvankelijk suggereerde dat de informatie niet door de Nederlandse inlichtingendiensten was verzameld, wat achteraf niet klopte, maar ook omdat het maanden duurde voordat de daadwerkelijke herkomst naar buiten kwam. Plasterk hield vol dat er geen mogelijkheid was om dat vertrouwelijk aan de Tweede Kamer te laten weten, maar volgens meerdere Kamerleden was dat niet zozeer een kwestie van kunnen, maar vooral een kwestie van willen.
Plasterk, die verantwoordelijk is voor de AIVD, en zijn collega Jeanine Hennis-Plasschaert van Defensie, onder wie de MIVD valt, wilden de herkomst aanvankelijk niet naar buiten brengen, omdat daarmee te veel informatie naar buiten zou komen over de werkwijze van de inlichtingendiensten. Over die modus operandi moet zo weinig mogelijk bekend zijn, zeiden de ministers eerder op de avond.
Fractievoorzitter Geert Wilders van de PVV, die de motie van wantrouwen steunde, zei tijdens het Kamerdebat dat de 'inlichtingendiensten onze steun verdienen'. "Het zijn onze helden", aldus Wilders, die verwees naar de strijd tegen het terrorisme. Met zijn optreden heeft Plasterk de 'geloofwaardigheid van de diensten te grabbel gegooid', stelde Wilders.
De motie van wantrouwen werd ingediend door D66. "De Tweede Kamer is bewust op het verkeerde been gezet", aldus fractievoorzitter Pechtold van die partij. Ook de SP, GroenLinks, het CDA, de Partij voor de Dieren, 50+ en het onafhankelijke Kamerlid Louis Bontes steunden de motie van wantrouwen. De PvdA en de VVD vonden de excuses van Plasterk voldoende. Ook de SGP en de ChristenUnie vonden een motie van wantrouwen te ver gaan.
Vorige week woensdag besloot het kabinet alsnog om de herkomst van de metadata naar buiten te brengen; de rechtszaak tegen Plasterk was de directe aanleiding daarvoor. De eisers in die zaak, onder wie journalisten, activisten en advocaten, willen dat het kabinet wordt verhinderd om data van buitenlandse inlichtingendiensten te gebruiken als die niet rechtmatig zijn verkregen. Daarbij werden de 1,8 miljoen metadata-records als voorbeeld gebruikt. Uit vrees dat de rechter dat voorbeeld zou meewegen, werd de herkomst van de metadata alsnog openbaar gemaakt.
In oktober meldde Tweakers dat de NSA in december 2012 en januari 2013 in een maand tijd metadata van 1,8 miljoen telefoongesprekken in Nederland onderschepte. Aanvankelijk werd gedacht dat het om metadata van 'normale' Nederlandse telefoongesprekken ging, maar naar nu blijkt gaat het om telefoongesprekken, sms'jes en faxjes die via satellieten zijn gevoerd. Ze zijn verzameld en gedeeld 'in het kader van terrorismebestrijding en militaire operaties in het buitenland'.