Een privacywerkgroep van de Europese Commissie heeft richtlijnen bekendgemaakt voor zoekmachines met betrekking tot opslag van zoekgegevens van gebruikers. De werkgroep vindt een bewaartijd van zes maanden voldoende.
De Artikel 29-werkgroep, die de Europese Unie van advies dient over privacybeleid, is van mening dat de Europese regelgeving op het gebied van bescherming van persoonsgegevens ook geldt voor zoekmachines, schrijft het CBP - zelfs als het hoofdkwartier buiten de Europese Unie gevestigd is. Tegelijkertijd heeft de werkgroep bepaald dat de dataretentierichtlijn van de Europese Commissie niet van toepassing is op zoekmachines omdat deze niet gezien worden als 'electronic communications service' zoals beschreven in die richtlijn. De werkgroep stelt aan de hand van een enquête onder leveranciers van zoekdiensten vast dat er geen basis is om persoonlijke gegevens langer dan zes maanden op te slaan. Tevens moeten deze gegevens alleen voor legitieme doeleinden gebruikt worden en moet de hoeveelheid benodigde data minimaal zijn.
Anonimisering van persoonsgebonden gegevens wordt toegejuicht door de privacywerkgroep, maar dit proces moet compleet onomkeerbaar zijn. Om identificatie van personen uit te sluiten, kan het nodig zijn om bijvoorbeeld delen van de zoekhistorie te verwijderen om anonimiteit te garanderen. Ip-adressen worden door de werkgroep gezien als persoongebonden gegevens, evenals cookies. Ook caching van gegevens zoals van webpagina's bij zoekopdrachten van bijvoorbeeld Google moet een maximale bewaartijd krijgen, die niet langer is dan 'het tijdsbestek dat nodig is om het probleem van tijdelijke onbeschikbaarheid van een website op te lossen.' De werkgroep vindt verder dat de persoon waarover gegevens worden opgeslagen hierover geinformeerd moet worden. Volgens Artikel 12 van de gegevensbeschermingsrichtlijn moet deze de gegevens over hem kunnen inzien en aan kunnen passen.