Volgens een onderzoek van de Amerikaanse isp Verizon en de Yale University kan het 'slimme' p4p-protocol bestandsuitwisseling via p2p-netwerken versnellen en tegelijkertijd het netwerkverkeer tussen internetproviders beperken.
Het huidige dataverkeer dat gegenereerd wordt door p2p-toepassingen zoekt min of meer willekeurig zijn weg. Hierdoor kan een gebruiker in Nederland via het populaire bittorrent-protocol data downloaden van een pc aan de andere kant van de oceaan, terwijl zijn buurman hetzelfde bestand in de aanbieding heeft. Gemiddeld zou een p2p-verbinding 5,5 hops - tussenstations, zoals routers - nodig hebben voordat de eindbestemming is bereikt. Isp's klagen al langer dat deze inefficiënte protocollen hun netwerken verstoppen en dat de kosten voor het dataverkeer te hoog oplopen. In de VS ging kabelprovider Comcast zelfs zo ver dat het torrentverkeer bewust afkneep in de hoop zijn netwerk te ontlasten.
Het p4p-protocol zou hier een einde aan kunnen maken, zo stellen de onderzoekers van de Yale University. Met het door de p4p-consortium gepropageerde Itracker-systeem moet het p2p-verkeer aanzienlijk efficiënter worden. De Itracker-software draait op de systemen van de isp en communiceert met p2p-software en -trackers over de ideale verdeling van het dataverkeer. Daarbij krijgen verbindingen met lokale peers voorrang. Volgens Verizon is uit praktijktesten op zijn netwerk gebleken dat met p4p-software het dataverkeer in 58 procent van de gevallen binnen het eigen isp-netwerk blijft, waarbij een ip-pakket gemiddeld niet meer dan 0,89 hops nodig heeft om het eindpunt te bereiken. Daarnaast zou de eindgebruiker zijn downloads circa tweemaal zo snel binnen zien lopen.
Verizon, dat zijn netwerkcapaciteit voor de helft gebruikt ziet worden door p2p-verkeer, heeft veel vertrouwen in het door Pando Networks ontwikkelde protocol. Het bedrijf stelt dat isp's hun kosten voor dataverkeer binnen de perken kunnen houden, terwijl de gebruiker hogere downloadsnelheden krijgt. Omdat het p4p-systeem geen omstreden deep packet inspections uitvoert, zouden niet alleen bedrijven, maar ook ontwikkelaars van p2p-applicaties actief mee willen werken aan het efficiënter maken van p2p-verkeer met p4p, zo hoopt de provider.
Het is echter de vraag of het p4p-protocol niet uitsluitend een speeltje zal worden van commerciële en legale contentaanbieders. Tot nu toe lijken opensource-ontwikkelaars weinig te zien in het actief meewerken aan traffic shaping. Het is immers niet ondenkbaar dat uit de p4p-software privacygevoelige informatie gedestilleerd kan worden waar copyrightwaakhonden of de providers zelf maar al te graag inzage in zouden willen hebben. Zo heeft de Amerikaanse isp AT&T begin januari aangekondigd dat het overweegt om zijn netwerk actief te filteren om piraterij tegen te gaan.
