Het Unified Display Interface is op sterven na dood, nu Intel en Samsung zich achter Vesa's concurrerende DisplayPort-technologie hebben geschaard. De scherminterface heeft het in feite nog geen zes maanden volgehouden.
Vorig jaar juli werd de voltooiing van de udi-standaard aangekondigd, waarmee een consortium bedrijven een compatibel alternatief voor zowel hdmi-, dvi-, vga- als s-video-aansluitingen wilde bieden. Het systeem was ontwikkeld om goedkoop geproduceerd te kunnen worden, en bood fabrikanten alle vrijheid met betrekking tot bijvoorbeeld schermresoluties en encryptietechnologie. Er waren wel wat minpuntjes - voor audio was bijvoorbeeld een aparte kabel nodig - maar er werd een glorieuze toekomst voor de standaard voorspeld, ook al omdat bedrijven als Apple, Intel en Samsung zich achter de standaard schaarden. Nadat duidelijk was geworden dat grote pc-bouwers als Dell, Lenovo en HP zich in het DisplayPort-kamp hadden vervoegd, nam het enthousiasme over udi echter al behoorlijk af.
Samsung was de enige schermenfabrikant die nog moeite voor het plugje deed, maar op een persconferentie op de CES is nu duidelijk geworden dat deze fabrikant zijn kaarten op DisplayPort heeft gezet. Intel heeft het afgelopen jaar bovendien hard gewerkt om hdcp voor DisplayPort beschikbaar te maken, en met versie 1.3 van de drm-standaard is dat doel bereikt. Simon Ellis van Intel liet maandag dan ook weten dat 'de twee concurrenten niet allebei succesvol kunnen worden', en daarmee is het laatste woord over udi wel zo'n beetje gezegd. De videotechnologen kunnen zich nu op de volgende tweestrijd gaan richten: die tussen DisplayPort en hdmi. Vooralsnog lijkt het erop dat hdmi de televisiemarkt gaat veroveren, terwijl het door ATi en computerfabrikanten gesteunde DisplayPort wel eens een populaire keuze voor pc's zou kunnen worden. De voortschrijdende overlap tussen personal computers en home entertainment zou echter ook hier voor een fel gevecht kunnen zorgen.