IBM heeft met de vandaag aangekondigde eServer xSeries 366 een nieuw record voor 4-way x86-servers gevestigd in de TPC-C transactiebenchmark. De xSeries 366 maakt gebruik van de nieuwste generatie Cranford Xeon MP-cores en is gebouwd rond de derde generatie Summit-chipset van IBM. Deze derde generatie draagt de codenaam "Hurricane" en is officieel voorgesteld als de X3-architectuur. In de variant voor de nieuwste Xeon MP-processors met EM64T heet de chipset XA-64e. IBM heeft tevens een versie voor de Itanium die door het leven gaat als de XA-64-chipset. Met de ontwikkeling van de X3-architectuur ging een investering van 100 miljoen dollar gemoeid. De architectuur werd specifiek ontworpen voor systemen met vier en meer processors. Schaalbaarheid en reductie van de processor naar geheugen-latencies stonden centraal bij de ontwikkeling van de architectuur, evenals een verbetering van de prijs/performance-verhouding ten opzichte van de vorige generatie xServer 365. IBM gebruikt om die reden niet langer een grote cache in de chipset - eerdere Summit-chipsets waren voorzien van 64MB L4-cache - maar heeft een oplossing gevonden in de vorm van snoop bus filtering. De XA-64-e chipset beschikt over twee FSB's. Het snoop bus filter weet welke gegevens zich in de caches bevinden van de processors op de twee bussen zonder daarvoor verkeer over de FSB te moeten sturen.
Naast de bovengenoemde technologie, door IBM 'Virtual XceL4v Dynamic Server Cache' genoemd, valt de xSeries 366 op door de ondersteuning van DDR2, PCI-X 2.0 en vier zogeten scalability ports. Deze poorten zijn gebaseerd op InfiniBand-technologie en kunnen gebruikt worden om meerdere xSeries 366-dozen aan elkaar te knoppen om systemen met 8 tot 16 processors samen te stellen. De PCI-X 2.0-slots ondersteunen kloksnelheden tot 266MHz, goed voor een bandbreedte van 2,13 gigabyte per seconde. De Cranford Xeon MP-processors in de xSeries 366 draaien op 3,6GHz en beschikken over 1MB L2 cache, 667MHz FSB en EM64T-ondersteuning. Het voor de Xeon MP-serie gebruikelijke L3 cache is bij de Cranford-core afwezig. L3 cache zal terugkeren op de toekomstige Potomac-cores en wel in de overdadige hoeveelheid van 8MB. De xSeries 366 vindt onderdak in een 3U rackmount en heeft ruimte voor zes harde schijven.
In een interview met Donn Bullock, senior product manager van IBM's xSeries-divisie, gaat TechWorld dieper in op de voordelen van de XA-64e-architectuur. Volgens Bullock is de latency van de chipset met een factor tweeënhalf gereduceerd van 265 naar 108 nanoseconden. Een L3 cache in de processor of een grote cache in de chipset zou dankzij de lage latency van de XA-64e-chipset niet langer nuttig zijn. De voordelen voor de klant zijn een forse besparing op de kosten van de processors omdat volstaan kan worden met goedkopere Cranford Xeon MP's in plaats van de modellen met L3 cache. Ook kunnen de kosten van de L3 cache in de chipset uitgespaard worden.

De xSeries 366 is volgens IBM tot 38 procent sneller dan vorige generatie 4-way Xeon MP-systemen. Dat het niet bij loze woorden blijft, blijkt uit de snelheidsrecords die de xSeries 366 heeft gezet in de TPC-C online transaction processingen en de TPC-H 300GB business intelligence benchmarks van het Transaction Processing Performance Council. In de eerste benchmark staat de xSeries 366 genoteerd als het snelste 4-way x86-systeem en in de tweede benchmark heeft het systeem zelfs de hoogste score van alle 4-way machines. De concurrentie in de TPC-H 300GB-benchmark is echter minder sterk. Er zijn bijvoorbeeld geen aanmeldingen van moderne 4-way Itanium- en Opteron-servers.
In de TPC-C-benchmark verslaat de xServer 366 het kersverse ProLiant DL585 4-way Opteron 852-systeem van HP. De HP Integrity rx4640 met vier Itanium 2 1,6GHz-processors en de IBM eServer p5 570 met een kwartet van Power5 1,9GHz-processors moet hij echter voor zich dulden. Vergeleken met de oudere xSeries 365, voorzien van vier Xeon MP 3,0GHz-processors, boekt de 366 een prestatiewinst van 37,8 procent. Ten aanzien van de price/performance scoort de xSeries 366 heel wat minder dan de HP ProLiant DL585. Het enorme verschil is vooral het gevolg van het feit dat IBM het nodig vond om de TPC-C-configuratie uit te rusten met een storageapparaat van ruim 720.000 dollar. Daarin zijn onder andere 420 15.000 toeren Fibre Channel-harde schijven opgenomen. HP gebruikte een vergelijkbaar aantal harde schijven maar dan met een SCSI-interface. De totale kosten voor storage en server kwamen bij de DL585 op bijna 300.000 dollar terwijl dit bij de IBM bijna 870.000 dollar was. Wat betreft RAM en software was er weinig verschil tussen de configuraties. Beiden gebruikten 64GB geheugen en draaiden op Windows Server 2003 SP1 met SQL Server 2000.
![]() | ||||||
![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||
![]() | IBM eServer p5 570 | ![]() | Power5 1,9GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | HP Integrity rx4640 | ![]() | Itanium 2 1,6GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | IBM eServer xSeries 366 | ![]() | Xeon MP 3,6GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | HP Integrity rx5670 | ![]() | Itanium 2 6M 1,5GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | HP ProLiant DL585 | ![]() | Opteron 852 2,6GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | HP ProLiant DL585-G1 | ![]() | Opteron 850 2,4GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | IBM eServer xSeries 365 | ![]() | Xeon MP 3,0GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() |
![]() | ||||||
![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||
![]() | HP ProLiant DL585 | ![]() | Opteron 852 2,6GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | HP ProLiant DL585-G1 | ![]() | Opteron 850 2,4GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | IBM eServer xSeries 365 | ![]() | Xeon MP 3,0GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | HP Integrity rx5670 | ![]() | Itanium 2 6M 1,5GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | HP Integrity rx4640 | ![]() | Itanium 2 1,6GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | IBM eServer p5 570 | ![]() | Power5 1,9GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | ||||||
![]() | IBM eServer xSeries 366 | ![]() | Xeon MP 3,6GHz | ![]() | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() |
IBM verwacht binnen 90 dagen te beginnen met de levering van de xSeries 366. De prijzen zullen in de Verenigde Staten beginnen bij 7.000 dollar.