Intel heeft in een presentatie over zijn strategie met betrekking tot dual- en multiprocessors een interessant idee uiteengezet voor mogelijke toekomstige producten, dat qua concept erg lijkt op hetgeen IBM, Sony en Toshiba met hun Cell-processor gaan doen. De eerste multi-cores die volgend jaar op de markt komen zullen simpelweg één of een paar kopieën van hetzelfde ontwerp bevatten. Vanwege beperkingen op het gebied van warmte kan hier echter niet heel erg ver mee gegaan worden. Om acht cores binnen een 100 Watt TDP te houden mogen deze bijvoorbeeld niet meer dan 12,5 Watt per stuk verstoken. Er zijn nog steeds genoeg technieken in ontwikkeling die toekomstige x86-cores in staat zullen stellen om beter om te gaan met stroom, maar die gaan vrijwel allemaal ten koste van extra transistors. Hierdoor worden de cores steeds groter en complexer, en passen er dus ook minder op een plakje.
Toch denkt Intel dat processors met tientallen of zelfs honderden cores op één chip mogelijk zijn. Dit zou dan bereikt worden door een groot aantal kleine en zuinige, maar vooral ook zeer gespecialiseerde onderdelen aan de chip toe te voegen. Eenheden die van de grond af opgebouwd zijn om één bepaalde taak of berekening zeer snel uit te voeren, om theoretisch aan vele teraflops te komen. De valkuil is natuurlijk dat deze eenheden wel gebruikt moeten worden door de software, en bovendien ook niets anders kunnen dan die ene taak waar ze voor gebouwd zijn. Naast alle gespecialiseerde cores zullen er dus gewone cores blijven bestaan, hoewel er dat in verhouding steeds minder zullen worden.

Hoewel over Cell nog niet alles bekend is, weten we dat het idee in ieder geval overeenkomt met Intels visie over de toekomst van multi-coreprocessors. Hoewel er lange tijd erg vaag is gedaan over de architectuur van Cell en zijn prestaties, weten we nu dat het in wezen een PowerPC-processor is. De geclaimde performance komt vooral op rekening van een aantal extra Altivec-achtige units die rond de hoofdcore zijn geplakt.