CNN meldt dat IBM een test- en onderzoekscentrum heeft geopend voor de RFID-producten van het bedrijf. RFID-chips zijn minuscule chips die kunnen worden aangebracht op zaken om ze makkelijker te kunnen terugvinden. Voor bijvoorbeeld supermarkten is dit een uiterst handige methode om voorraden bij te houden en te vermijden dat zaken gestolen worden. RFID is momenteel aan een steile opgang bezig, en om aan de daaruit groeiende vraag te kunnen voldoen heeft IBM het testcentrum opgezet, nabij het Franse Nice. Grote supermarkten als Wal-Mart in de VS, Metro in Duitsland en Tesco in het Verenigd Koninkrijk maken al gebruik van RFID-tags om productinformatie automatisch te kunnen inlezen, en ook bij het Amerikaanse leger wil men de RFID-chips nu gaan gebruiken.
Grote interesse is er ook vanwege de luchtvaarsector, de chips zijn een zeer geschikte methode om bagage en vracht te kunnen opsporen. Verwacht wordt dat RFID volgend jaar definitief uit de pilotfase stapt en steeds meer in het dagelijkse leven zal worden gebruikt. Voorwaarde daarbij is dat de prijs van de chips daalt, daar de prijs tussen 10 en 50 eurocent niet bepaald uitnodigt om grote hoeveelheden ervan te gebruiken.
Het nieuwe lab van IBM heeft als doel ervoor te zorgen dat de RFID-producten van het bedrijf, omvattende de chips zelf, readers en software, beter op elkaar afgestemd zijn. In de Verenigde Staten en Azië zijn soortgelijke testcentra geopend, maar volgens IBM is Europa op dit ogenblik een van de belangrijkste regio's als het gaat over RFID. Waar men zich in de VS zorgen maakt over privacy, is dit in Europa dankzij strikte privacywetten lang niet zo'n groot probleem. Philips, een van de producenten van RFID-chips, verwacht dat de chips door de relatief hoge prijs voorlopig vooral zullen worden gebruikt voor waardevolle items, zoals juwelen en elektronica. Geneesmiddelen worden overigens ook genoemd als een mogelijke toepassing, om te vermijden dat geneesmiddelen in verkeerde handen terechtkomen.