Call of Duty-uitgever Activision Blizzard wordt in de Verenigde Staten door competitieve spelers van de shooter aangeklaagd wegens het beperken van de concurrentie in competities en toernooien. Volgens Activision heeft deze bewering 'geen feitelijke of rechtelijke basis'.
De aanklacht is ingediend door professionele Call of Duty-spelers Hector Rodriguez en Seth Abner. Zij stellen dat Activision Blizzard 'op onrechtmatige wijze de lucratieve markt voor Call of Duty-competities en -toernooien monopoliseert'.
Volgens de aanklacht waren wedstrijden en toernooien tot 2019 nog een 'levendige, competitieve markt'. Dit zou zijn veranderd nadat Activision besloot een eigen competitie te openen en de concurrentie uit te schakelen. In 2016 nam Activision Major League Gaming over, een belangrijke organisator van Call of Duty-wedstrijden.
Daarnaast zou Activision 'draconische' contractbepalingen opleggen aan teams en spelers in de competities en toernooien. Wie niet aan de 'buitensporige eisen' van Activision wilde voldoen, werd uit de professionele Call of Duty-markt verwijderd, stelt de aanklacht.
Voorafgaand aan de rechtsgang eiste het tweetal een vordering van 'tientallen miljoenen dollars', die door Activision werd afgewezen, schrijft nieuwsagentschap Reuters. Activision stelt zich niet in de aanklacht te kunnen vinden en zegt zich 'sterk te verdedigen tegen de claims'.
De Call of Duty-franchise werd in 2003 geïntroduceerd en is een van de belangrijkste games in handen van Activision, met een jaarlijkse omzet van miljarden dollars. Activision werd vorig jaar overgenomen door Microsoft. De recentste game in de franchise is Modern Warfare III, die in november 2023 werd uitgebracht.