Het Verenigd Koninkrijk gaat omgerekend 1,15 miljard euro investeren in zijn eigen chipsector. Dat meldt het nieuwe Britse ministerie voor Wetenschap, Innovatie en Technologie. De investering wordt gericht op onderzoek en het ontwerpen van chips.
Het Verenigd Koninkrijk steekt tussen 2023 en 2025 omgerekend 230 miljoen euro in zijn chipsector. Het komende decennium groeit dat bedrag naar 1,15 miljard euro. Het VK richt zich daarbij op segmenten waarin het land al actief is. "In onze nieuwe strategie richten we onze inspanningen op onze sterke punten, bijvoorbeeld op gebieden als onderzoek en ontwerp", zei de Britse premier Rishi Sunak. Het land kondigt rond de herfst investeringsplannen voor de productie van chips aan.
De investeringsplannen van het VK worden onder meer gericht op chipontwerp. Arm bijvoorbeeld is een Brits bedrijf; het verkoopt ontwerpen en instructiesetarchitecturen die gebruikt worden in onder meer smartphonechips en Macs van Apple. Tegenwoordig is Arm in handen van het Japanse SoftBank, hoewel het hoofdkantoor van Arm nog altijd in Cambridge staat. Het VK gaat zich ook richten op compound-halfgeleiders, die bestaan uit verschillende elementen. Voorbeelden daarvan zijn galliumnitride, dat bijvoorbeeld wordt gebruikt in opladers, en silicium-germanium.
De plannen van het VK volgen op chipwetten van verschillende andere landen en regio's, waaronder Europa en de Verenigde Staten. Landen willen daarmee minder afhankelijk zijn van andere regio's vanwege oplopende geopolitieke spanningen. De EU bereikte onlangs een akkoord voor zijn Chips Act, waarmee 43 miljard euro wordt vrijgemaakt voor de chipsector. Dat geld wordt onder meer beschikbaar gesteld als subsidie voor chipfabrikanten in de hoop dat ze chipfabrieken bouwen in Europa. De VS maakte vorig jaar 52,7 miljard dollar vrij voor inheemse chipproductie.