Curators kunnen in de toekomst digitaal informatie verstrekken aan rechtbanken. Ook particuliere curators kunnen voortaan via een webportal zaken aan de rechtbank doorgeven, zodat ze niet fysiek naar een rechtbank moeten reizen.
Professionele curators kunnen hun netwerken koppelen aan de systemen van de Rechtspraak. Voor particuliere curators, die bijvoorbeeld zaken voor vrienden of familie regelen, is er een webportaal. Dat heet Mijn Bewind, schrijft de Rechtspraak. Gebruikers moeten daarop inloggen met DigiD en kunnen dan dossiers bekijken en digitaal invullen en indienen bij de rechtbank. Ook krijgen ze in het portaal berichten over wijzigingen in dossiers.
Rechtbanken gaan particuliere curators stapsgewijs uitnodigen het portaal te gebruiken. Dat is verder niet verplicht; ze kunnen ook nog naar de rechtbank zelf. Voor deelnemers is er een informatiesessie beschikbaar waarmee gebruikers het portaal kunnen leren kennen. Het is mogelijk om met verschillende curators één portaal te gebruiken.
Nieuwe stap in digitalisering
Het is een nieuwe stap die de Rechtspraak richting digitalisering zet. Voorheen moesten curators nog fysiek naar een specifieke rechtbank als ze dossiers wilden aanpassen, wat veel tijd en geld kon kosten. De Rechtspraak heeft in de laatste jaren steeds meer initiatieven opgezet om de gang naar de rechtbank makkelijker te maken voor burgers. Dat nam een vlucht tijdens de coronacrisis, toen rechtszaken plotseling alleen nog online konden plaatsvinden. Rechtbanken gebruikten daar aanvankelijk een Cisco-tool voor, maar sinds de coronacrisis werd Skype veelvuldig ingezet. Eind 2021 besloot de Rechtspraak over te stappen op Microsoft Teams, dat vooral gebruiksvriendelijker was voor burgers. De Rechtspraak vond dat een dermate groot succes dat de Raad voor de Rechtspraak ervoor pleitte om online rechtspraak na de coronacrisis mogelijk te blijven maken.
Tijdens de coronacrisis gingen rechtbanken online zittingen organiseren
Niet alleen covid-19 maakte dat de Rechtspraak digitaler wilde worden. Dat is al langer een streven. Halverwege 2021 zei de Raad van de Rechtspraak al zo'n driekwart van de vonnissen online te willen zetten. In die periode gebeurde dat nog maar met zo'n vijf procent van de anderhalf miljoen uitspraken die jaarlijks werden gedaan. Die wens mag er wel zijn, maar de praktijk is lastig. Vonnissen moeten worden geanonimiseerd en het kost veel tijd om dat handmatig te doen. Daarom kijkt de Raad voor de Rechtspraak momenteel naar automatisering van dat proces. Daarnaast speelt mee dat rechters vonnissen anders moeten schrijven.
Regeringswens
De wens voor digitalisering van de Rechtspraak komt ook uit Den Haag. De regering sprak in het regeerakkoord al af dat er 'een brede meerjarige cybersecurityaanpak en cyberexpertise bij de Rechtspraak' moest komen. Daarvoor werd geld vrijgemaakt. In juli van 2022 besloot de regering de Rechtspraak 155 miljoen euro per jaar te geven om te digitaliseren. In het regeerakkoord stond dat de Rechtspraak en het Openbaar Ministerie samen 200 miljoen euro per jaar krijgen. Het geld is bedoeld om 'fors te investeren om de Rechtspraak op digitaal vlak toegankelijker te maken'. De portal voor particuliere curators is daar een onmiskenbaar onderdeel van, net als eerdere initiatieven om bijvoorbeeld de fax te vervangen door Veilig Mailen.