De politie overtrad naar eigen zeggen de privacywet AVG door telefoongegevens van asielzoekers op te vragen. De politie zocht die informatie op om mogelijke criminele of 'staatsgevaarlijke' asielzoekers te vinden. Dat project stopte toen bleek dat dat niet mocht, schrijft NRC.
De politie verzamelde de informatie vanaf 2016 met een proefproject, schrijft NRC. Daarbij werden telefoons doorzocht van iedereen die in Nederland asiel aanvroeg. Als er verdachte berichten of contacten werden gevonden die mogelijk konden worden gelinkt aan ernstige misdrijven, dan maakte de politie een kopie van de data en sloeg die op in diens eigen systemen. Vervolgens werden die gegevens gekoppeld aan data die de politie over andere strafbare feiten had. Zo konden contactenlijsten worden gekoppeld aan telefoonnummers die bekend waren van bijvoorbeeld mensenhandelaren.
Het project werd volgens NRC vorige maand stilgelegd toen bleek dat de politie de AVG overtrad met die werkwijze. De politie zou een interne privacytoets hebben gedaan en hebben geconcludeerd dat het project 'zich niet liet rijmen' met de wet, schrijft de krant. Daarna zouden de gegevens verwijderd zijn. Het project zou ook weinig succesvol zijn geweest. In het afgelopen jaar zou er twintig keer een melding zijn gedaan, maar op basis daarvan werd geen enkel strafrechtelijk onderzoek ingesteld.
De politie zegt dat de handelswijze wel was toegestaan toen het programma begon. In 2016 was de Wet bescherming persoonsgegevens nog actief. De politie moet zich aan de AVG houden, maar daarnaast bestaat ook de Wet Politiegegevens die regelt wat de politie wel en niet mag doen met gegevens voor opsporing.