In 2030 moet ieder huishouden in Vlaanderen verplicht een digitale watermeter hebben. Waterbedrijven mogen de kosten daarvan niet doorrekenen aan gebruikers. De watermeters worden daarmee tien jaar eerder uitgegeven dan gepland.
De Vlaamse regering is akkoord gegaan met een voorstel van minister Demir van Omgeving. In 2030 moet ieder huishouden in Vlaanderen een meter hebben waarmee het waterverbruik digitaal kan worden uitgelezen. Waterleveranciers kunnen de standen van een afstand uitlezen, en gebruikers kunnen hun verbruik zelf dan ook beter bijhouden. Het voorstel moet wel nog worden voorgelegd aan de Raad van State.
De N-VA, dat het wetsvoorstel indiende, zegt dat digitale meters verschillende voordelen hebben. Dat zijn voordelen naast het feit dat mensen bewuster met hun drinkwaterverbruik omgaan. Zo kunnen huiseigenaren makkelijker waterverlies en leidinglekken opsporen. Ook worden er dan minder foutieve opnames gemaakt van de waterstanden. Waterleveranciers kunnen mogelijk ook meetapparatuur installeren waarmee de kwaliteit van het drinkwater kan worden afgelezen.
In het wetsvoorstel staat dat tegen 2030 ieder huishouden in Vlaanderen zo'n meter moet hebben. Sommige watermaatschappijen hielden tot voorheen nog een datum van 2040 aan. In de wet staat de leveranciers de kosten zelf moeten dragen. Ze mogen die dus niet doorberekenen aan klanten. In Vlaanderen zijn verschillende leveranciers al begonnen met het installeren. Water-Link is daarmee het verst; het bedrijf had er in juli 100.000 geïnstalleerd.