De EU en de VS hebben deze week de eerste jaarlijkse evaluatie van het Privacy Shield afgesloten, dat de opvolger is van de Safe Harbour-overeenkomst die door het EU-Hof ongeldig werd verklaard. De nieuwe regeling ontving kritiek uit verschillende hoeken, terwijl bedrijven vaak positief zijn.
In een gezamenlijke mededeling van de Amerikaanse minister van Economische Zaken, Wilbur Ross, en Eurocommissaris Věra Jourová, staat dat de evaluatie is voltooid. De korte mededeling gaat niet gedetailleerd in op de uitkomsten van het proces, maar meldt alleen dat het Privacy Shield in de toekomst verder verbeterd moet worden en dat inmiddels 2400 organisaties zich erbij hebben aangesloten.
Uit de mededeling blijkt niet dat er grote tekortkomingen in de overeenkomst aan het licht zijn gekomen. Meer dan een jaar geleden uitte de Artikel 29-werkgroep, een orgaan waarin de privacytoezichthouders van de EU-lidstaten zijn verenigd, dat het Privacy Shield nog enkele gebreken bevatte, zoals waarborgen tegen surveillance. Destijds zei de organisatie dat er geen actie ondernomen zou worden, maar dat er gewacht zou worden tot de eerste evaluatie heeft plaatsgevonden.
Het Privacy Shield werd vorig jaar in juli aangenomen en is de opvolger van de Safe Harbour-regeling. Het stelt bedrijven in staat om persoonsgegevens van Europese burgers in de VS op te slaan, nadat ze een zelfcertificeringsproces hebben doorlopen. Het Europese Hof verklaarde de Safe Harbour-regeling in 2015 ongeldig na een klacht door Max Schrems. De Oostenrijker uitte zich ook kritisch over het Privacy Shield.