De Europese Unie en de Verenigde Staten zijn een reeks wijzigingen in de Privacy Shield-overeenkomst overeengekomen. Europese lidstaten stemmen naar verwachting begin juli over de implementatie van de herziene versie van Privacy Shield.
Half april liet de werkgroep van Europese privacytoezichthouders weten dat er 'grote gebreken' zitten in de Privacy Shield-overeenkomst, al was de werkgroep met de naam 'Artikel 29' wel positief over het grootste deel van de overeenkomst. De werkgroep had problemen met het commerciële deel en het deel over openbare veiligheid. Grootste pijnpunt was de mogelijkheid om gegevens van burgers in bulk te kunnen verzamelen.
Een wijziging in de overeenkomst is onder andere dat de overheid van de VS beter uitlegt wanneer veiligheidsdiensten van dat land data in bulk verzamelen en hoe het land zorgt voor de beveiliging van de betreffende data. Persbureau Reuters heeft een brief weten te achterhalen waarin de directeur van de Nationale Veiligheidsdienst van de VS aangeeft hoe de dienst informatie verzamelt over de activiteiten van een terroristische groep in het Midden-Oosten waarvan gedacht wordt dat die doelen in Europa heeft.
De dienst zegt in die brief dat de veiligheidsdiensten van dat land niet alle informatie van de hele wereld verzamelen. Ook zou er een nieuwe privacyfunctionaris door de VS ingesteld worden die klachten van burgers van de EU over spionage gaat behandelen. De functionaris zou onafhankelijk van de veiligheidsdiensten werken.
Privacy Shield moet de opvolger worden van de Safe Harbour-regeling, die het Europese Hof van Justitie in oktober 2015 ongeldig verklaarde.