In een advies aan het EU-Hof heeft de advocaat-generaal geconcludeerd dat de Franse overheid bij de EU-Commissie geen melding hoeft te maken van een wetsontwerp op basis van waarvan UberPop strafbaar wordt gesteld. Dat geldt ook als Uber wordt gezien als een informatiedienst.
De Franse overheid heeft Uber strafrechtelijk aangeklaagd omdat UberPop volgens Frankrijk in strijd is met de wet. Uber vindt dat de Franse regels waarop de overheid de strafrechtelijke vervolging heeft gebaseerd, een 'technisch voorschrift' vormt voor 'een informatiedienst'. Volgens Uber valt het daarmee binnen de reikwijdte van een Europese richtlijn. Deze richtlijn verplicht de lidstaten ertoe om alle voorgenomen wet- of regelgeving voor de invoering van technische voorschriften voor producten en diensten van de informatiemaatschappij mee te delen aan de Commissie. Omdat de Franse overheid geen melding heeft gemaakt van de relevante Franse regels voordat ze van kracht zijn geworden, is er volgens Uber geen basis om in Frankrijk strafrechtelijk te worden vervolgd.
Een Franse rechter had omtrent deze kwestie advies gevraagd aan het Europese Hof van Justitie. De advocaat-generaal zegt dat ongeacht of de UberPop-dienst binnen de reikwijdte van de richtlijn valt, lidstaten de bevoegdheid hebben om de illegale uitoefening van transportactiviteiten zoals UberPop te bestraffen of verbieden. Dit mag ongeacht de vraag of UberPop al dan niet onder het regime van de richtlijn valt, en dus is het voor de meldingsplicht volgens de advocaat-generaal niet van belang of UberPop al dan niet als informatiedienst kan worden aangemerkt.
Daarbij wijst de advocaat-generaal op een eerder advies in mei, waarin is geconcludeerd dat UberPop als een transportdienst moeten worden beschouwd en dus aan dezelfde regels moet voldoen als andere taxidiensten, en dus niet gezien kan worden als een informatiedienst. Daarom is de bewuste richtlijn niet van toepassing en hoeft er geen melding bij de Commissie te worden gemaakt.
Mocht het Hof uiteindelijk toch bepalen dat UberPop moet worden beschouwd als een informatiedienst en dus onder de richtlijn valt, dan vindt de advocaat-generaal dat het verbieden of strafbaar stellen van UberPop geen 'technisch voorschrift' is zoals in de richtlijn staat omschreven. Hierdoor kan volgens de advocaat-generaal een melding bij de Commissie achterwege blijven.
Daarbij stelt hij ook dat voor de meldingsplicht enkel geldt voor technische voorschriften die specifiek tot doel hebben de toegang tot en de uitoefening van diensten van de informatiemaatschappij uitdrukkelijk en gericht te reguleren. Regels die slechts incidenteel of impliciet op informatiediensten van toepassing zijn, vallen volgens de advocaat-generaal niet onder de meldingsplicht. Dit laatste is volgens de advocaat-generaal van toepassing voor de bewuste Franse regels in deze zaak.
Het Europese Hof van Justitie kan het advies van de advocaat-generaal naast zich neerleggen en toch in het voordeel van Uber oordelen, maar het gebeurt niet vaak dat het Hof het advies van de advocaat-generaal naast zich neerlegt.