Edward Snowden heeft opnieuw documenten vrijgegeven die een inkijkje geven in de werkwijze van de NSA. De documenten beschrijven de manier waarop digitale oorlogsvoering wordt bedreven: met het verstoren van de openbare orde door belangrijke computersystemen plat te leggen.
De documenten zijn in handen van Der Spiegel, die vaker bericht heeft over zaken die door Snowden zijn vrijgegeven. Volgens het Duitse tijdschrift staat er informatie in over plannen voor digitale oorlogsvoering. De NSA zou onder andere in het verleden op zoek zijn geweest naar stagiaires die interesse hadden in 'dingen stukmaken'. Een aantal genoemde activiteiten zijn het op afstand kapot maken van netwerkkaarten, het installeren van backdoors en malafide drivers. Stagiaires moesten volgens de documenten 'de mindset van een aanvaller' ontwikkelen.
Ook blijkt uit de documenten dat de NSA verwacht dat 'cyberwarfare' steeds belangrijker gaat worden als het gaat om conflicten. Meer recente documenten tonen de plannen die de NSA heeft opgesteld voor digitale oorlogsvoering. Er wordt gesproken over het controleren of vernietigen van belangrijke computernetwerken. Daarbij kan het onder andere gaan om systemen voor energie, communicatie en vervoer. De NSA spreekt van 'gecontroleerde escalatie'.
Uit de door Snowden vrijgegeven documenten blijkt dat de NSA digitale oorlogsvoering als een belangrijke activiteit ziet. Documenten die in het verleden zijn vrijgegeven gingen met name om het afluisteren en verzamelen van data van burgers. Overigens wordt de NSA er al lange tijd van beschuldigd dat het op computernetwerken inbreekt en bewust systemen saboteert.
Naast plannen voor digitale oorlogsvoering heeft Der Spiegel ook documenten die beschrijven hoe de NSA gebruikmaakt van de spionagepraktijken van andere landen. In een van de documenten staat dat aanvallers worden gevolgd om hun methoden te ontdekken, begrijpen en uiteindelijk te stelen. Zo blijkt onder andere dat de NSA botnets offline haalt, maar deze ook kan kapen om ze vervolgens zelf te gebruiken voor digitale oorlogsvoering.
Onder andere infiltratiepogingen van India, China en Rusland zijn in de gaten gehouden. Overigens spreken de documenten ook van de schade die is aangericht door spionnen die het op Amerikaanse netwerken hadden voorzien.