Later dit jaar beslist het kabinet of er een elektronische identiteitskaart komt, waarmee burgers zich op het internet kunnen identificeren. Er wordt al jaren gesproken over een dergelijke kaart, die in België al is ingevoerd.
Het Ministerie van Veiligheid en Justitie publiceerde deze week de Nationale Cyber Security Strategie, waarin de uitgangspunten staan voor de bestrijding van cybercrime. In het document wordt aangegeven dat het kabinet later dit jaar beslist over de komst van elektronische functionaliteit in reisdocumenten, zoals het paspoort en de identiteitskaart. De functionaliteit moet burgers in staat stellen om zich via het internet te identificeren en om digitale handtekeningen te kunnen zetten. Het is niet duidelijk of de functionaliteit een aanvulling is op DigiD of dat het om een vervangend initiatief gaat.
Dergelijke functionaliteit is in België al ingevoerd, onder de naam eID. In Nederland wordt al jaren gewerkt aan een elektronische identiteitskaart, maar vlotten wil het nog niet echt. In 2005 schreef Alexander Pechtold, destijds minister van het inmiddels opgeheven Ministerie van Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties, dat een elektronische identiteitskaart, eNIK, mogelijk al in augustus 2006 kon worden ingevoerd.
In de cybercrimestrategie worden ook maatregelen aangekondigd om de dreiging van cybercrime tegen te gaan. Zo komen er een nieuw 'cyber security-centrum' en een 'cyber security-raad' tegen cybercrime en wil het ministerie meer specialisten aannemen om internetcriminelen op te sporen en te vervolgen. De overheid wil ook de ict-beveiliging van zijn eigen systemen verbeteren en maatregelen tegen digitale spionage nemen.
Tot slot is er aandacht voor privacy. Er komt een meldplicht voor datalekken voor telecombedrijven, tegen hun zin, zo bleek eerder. Later dit jaar geeft het kabinet meer duidelijkheid over zijn standpunt over de verhouding tussen privacy en veiligheid. In het verleden besloten bewindslieden nogal eens om privacy ondergeschikt te maken aan veiligheid. Hoe dit kabinet daarover denkt, wordt later dit jaar bekend.