De GeForce RTX 3090 Ti is het nieuwste vlaggenschip van Nvidia op basis van de inmiddels al anderhalf jaar aanwezige Ampere-architectuur. Het is opmerkelijk dat de groene fabrikant er zo laat nog voor kiest om de volledig ingeschakelde GA102-gpu op een nieuw halo-product uit te brengen.
De rekenkracht van de RTX 3090 Ti is niet noemenswaardig veel hoger dan op de RTX 3090. Wel draait het GDDR6X-geheugen op nóg hogere snelheden dan bij eerder uitgebrachte RTX 30-kaarten en zijn de kloksnelheden van de gpu op papier ook nog hoger. Sneller geheugen levert bij videokaarten doorgaans een voorspelbare prestatiewinst op en bij de RTX 3090 Ti is dat niet anders. De verbetering ten opzichte van de RTX 3090 is niet extreem, maar met gemiddeld 8 procent nog wel significant te noemen.
Duur, dorstig en dwaas
Dat bij steeds hogere prestaties de allerlaatste extra frames duur worden betaald, bewijst de RTX 3090 Ti wel. Aan de genoemde voorsprong op de RTX 3090 zit een gigantische prijs vast en dan niet alleen de 2250 euro voor de aanschaf. Het energiegebruik van Nvidia's nieuwe topmodel kruipt richting de 500W. Met een prestatiewinst van nog geen 10 procent ten opzichte van de RTX 3090 in het achterhoofd, is het 35 procent hogere energiegebruik van de RTX 3090 Ti bijzonder lastig goed te praten. Ten opzichte van de Radeon RX 6900 XT valt het verbruik zelfs 65 procent hoger uit, en dan blijven alleen de allerhoogste resoluties over als troefkaart voor dit Ampere-monster.
Voor een enkel halo-product kan dit extreme energiegebruik wellicht nog door de vingers worden gezien. Zorgelijker is dat de aansluiting voor de voeding van de kaart, de PCIe Gen5-connector, klaargestoomd is voor de volgende generatie videokaarten die tot 600W kunnen verbruiken. Dergelijke vermogens leiden niet alleen tot uitdagingen op het gebied van koeling, ook zouden Nvidia en andere partijen zich in tijden van energieschaarste en een verschuivende focus naar duurzaamheid achter de oren moeten krabben of dit wel de richting is die toekomstige hardware moet opgaan. Dat geldt vooral voor Nvidia, dat in 2014 juist vriend en vijand verraste met de efficiënte Maxwell-architectuur, die om alle beperkingen van het destijds zwaar herkauwde 28nm-productieprocedé leek heen te dansen. Dat niet alle videokaarten van de volgende generatie de volledige 450 of zelfs 600W van de PCIe Gen5-connector zullen benutten, durven we nog wel te geloven. Toch hadden we liever gezien dat beperkingen in de beschikbare vermogens fabrikanten ertoe had gedwongen de prestatiewinsten in andere hoeken te zoeken.