Inleiding
De grootste mijlpalen voor AMD in 2009 waren zijn snelle Phenom-processors en het succes van zijn quadcores. Niet alleen wist de eeuwige underdog de processor met de hoogste kloksnelheid op de markt te zetten, maar ook de goedkoopste quadcore kwam uit de AMD-stal.

Intel zette zijn succes met de Nehalem-architectuur voort in 2009. Daarnaast bleef de focus op het optimaal benutten van energie en het reduceren van componenten op moederborden middels integratie gehandhaafd. Geen Intel-overzicht is uiteraard compleet zonder een aparte vermelding van de Atom-chip: deze relatief eenvoudige processor voert onverminderd de verkooplijsten aan.

We zullen ons in dit overzicht voornamelijk op de desktop en de bijbehorende chipsets richten: de mobiele varianten zullen voor een deel in het overzicht van laptops behandeld worden, en ook op het gebied van processors voor mobieltjes zullen we de ontwikkelingen slechts beknopt aanstippen.
Intel: meer met minder
Bloomfield
De op Nehalem-gebaseerde cpu's in het topsegment met het X58-platform bleven ongeslagen de snelste processors op de consumentenmarkt. De grootste chipfabrikant bracht in 2009 twee snellere versies van de in november 2008 geïntroduceerde Bloomfields uit. De i7 950 en 975 Extreme Edition werden in mei uitgebracht, in oktober gevolgd door de i7 960. De kloksnelheden van deze processors uit het topsegment bedragen respectievelijk 3,06, 3,33 en 3,2GHz, waarmee Intel weliswaar de best presterende processors op de markt heeft, maar niet de processor met de hoogste kloksnelheid in handen heeft. Die eer gaat naar AMD, met zijn Phenom II-cpu's. Wel is Intel de enige fabrikant met een platform voor consumenten dat dankzij hyperthreading over acht rekenkernen beschikt. Het X58-platform moet evenwel wachten tot Gulftown, de processorfamilie met zes echte cores en twaalf gevirtualiseerde cores, in 2010 zijn opwachting maakt, waarmee de snelheidsliefhebber weer een flinke upgrade kan realiseren.

Lynnfield
Het ´hoge middensegment´ kon zich in 2009 vooral op de Lynnfield-processor verheugen. Deze afgeleide van Nehalem werd in het najaar van 2009 onder de Core i5- en Core i7-merknamen op de markt gebracht en gecombineerd met de P55-chipset. De belangrijkste stappen die dit platform zette, waren de verdere integratie van sleutelcomponenten en de variabele kloksnelheid van de processors.
Met Lynnfield en het P55-platform werd wederom een nieuwe socket geïntroduceerd: de lga1156-socket. Daarmee zijn niet alle processors met de Nehalem-architectuur onderling uitwisselbaar: zelfs binnen de Core i7-familie verschillen de voetjes voor de cpu's met sockets lga1366 en lga1156. De kleinere socket voor Lynnfield biedt desalniettemin een aantal features die X58 niet heeft: dankzij de verdere integratie van componenten op de Lynnfield-processor communiceert deze voortaan niet alleen direct, via een direct media interface, met de southbridge, en dankzij een tweekanaals geheugencontroller met het geheugen, maar ook de grafische kaart wordt middels een pci-express-kanaal direct aangesproken. Een northbridge kan dan ook volledig ontbreken op P55-moederborden, wat een twee-chips-platform mogelijk maakt: de enige chip naast de processor is op P55-moederborden de Platform Controller Hub, de vervanging voor de southbridge.

De technische aspecten van Lynnfield zijn uiteraard van belang voor de prestaties en de kosten- en energiebesparing die het platform mogelijk maakt, maar de eindgebruiker zal één feature van de Core i5- en Core i7-processors vooral waarderen: de turbo. Waar de gewone Bloomfield nog één of twee zogeheten turbo-bins, ofwel extra multipliers, omhoog kon, bouwt Lynnfield dat trucje verder uit. Zolang de tdp niet overschreden wordt, kunnen deze processors een enkele i5-core vier turbo-bins, of 533MHz, sneller laten draaien: de i7's kunnen 667MHz sneller tikken. Twee cores van de Core i5 750, met een standaard kloksnelheid van 2,66GHz, kunnen naar 3,2GHz geklokt worden. Wanneer drie of vier cores actief zijn, bedraagt de turbo 1 baseclock, of 133MHz. De i7's gaan een stapje verder: alle vier of drie van de cores kunnen eveneens één tandje sneller draaien, en twee cores kunnen 533MHz erbij krijgen. Singlethreaded applicaties, draaiend op slechts één core, kunnen zelfs 667 extra megahertzen tot hun beschikking krijgen.
Mobiel
Behalve de desktop, met de Lynnfield, veroverde Nehalem ook langzaam de mobiele laptopmarkt. De eerste notebooks met Clarksfield-processors, in de vorm van de Core i7 720QM en de 820QM, maakten in het najaar hun opwachting. Een enkele laptop met de Extreme Edition, de Core i7 920XM, aan boord, werd eveneens geproduceerd. De overige vernieuwingen op laptopgebied moeten niet in topprestaties, maar in mobiliteit gezocht worden. Zo werd de ultrathin-markt aangevoerd door processors als de SU9400 en de SU3500, beide ultrazuinige processors met respectievelijk een twee en een enkele cores. Ook het Celeron-merk deed met de 723 nog goede zaken, maar de prestaties van deze chip blijven vanzelfsprekend achter bij die van de modernere Core 2-processors. Nog minder prestaties mogen van de Atoms verwacht worden, maar vooral op laptop-, of liever netbook-gebied, bleef deze familie ongekend populair. De bekende N270 werd door de iets snellere N280 opgevolgd en met de Z5xx-serie blijft Intel goede zaken wat betreft de Atom-verkopen doen.

Intel heeft met Nehalem, in de vorm van Bloomfield en Lynnfield, belangrijke stappen gezet in de richting van krachtige processors die dankzij slim onboard energiebeheer relatief zuinig zijn, maar met hun turbo-modus toch spierballen kunnen laten zien. Ook de verdere integratie van componenten, waaronder de integratie van pci-express-controller en geheugencontroller op de die, leidt tot zuiniger computers. Die ontwikkeling zal onverminderd verder gaan in 2010, wanneer Intel de volgende generatie processors zal introduceren. Deze desktop-Clarksdale- en mobiele Arrandale-processors zullen ook de igp van moederborden of discrete videokaarten zo niet overbodig, dan wel optioneel maken.
AMD: de betaalbare underdog
Afgezien van de hardware-ontwikkelingen was het grootste nieuws voor AMD ongetwijfeld de rechterlijke uitspraak in de antitrustzaak tegen Intel. Hoewel de schikking van 1,25 miljard dollar die Intel aan AMD moest betalen ook voor Intel een aderlating betekent, is dit bedrag voor het veel kleinere AMD van groter belang: het is ruwweg een kwart van zijn hele jaaromzet. Hoe deze uitspraak, en het verloop van nog hangende rechtszaken, de toekomst zal kleuren, is uiteraard afwachten, maar AMD kreeg een belangrijke cash- en imago-impuls dankzij de toekenning van de schadevergoeding.
Verder herstructureerde AMD het bedrijf drastisch in de loop van 2009. De belangrijkste exponent van die veranderingen was de splitsing van het bedrijf in een ontwerp- en een productiebedrijf. De productie werd uitbesteed aan GlobalFoundries, een joint-venture waarin AMD een minderheidsbelang heeft, en alleen het ontwerp van processors bleef bij AMD. GlobalFoundries exploiteert nog steeds wat voorheen AMD's 45nm-fab in Dresden was en bouwt aan een tweede productiefaciliteit in New York. Dresden kan nog even mee en produceert 65nm- en 45nm-cpu's en ook 55nm- en 40nm-chips voor onder meer gpu's en chipsets. In New York zal de volgende stap, naar 28nm, gerealiseerd moeten worden.

AMD bleek in 2009 goed voor iets minder dan éénvijfde van de cpu-markt, maar op de consumentenmarkt verschuift deze verhouding wat meer richting AMD omdat het gros van Intels marktaandeel in het segment van zakelijke pc's ligt. AMD blijft geliefd onder ons tweakers, niet in de laatste plaats wegens zijn relatief gunstige prijsstelling.
Een van de mooiste illustraties van dit punt is de Athlon II X4 620: deze quadcore wordt voor ver onder de honderd euro verkocht en kostte ook bij introductie slechts ongeveer 80 euro. Ter vergelijking: Intel kan voor dit geld nauwelijks een moderne dualcore tegenover de 620 zetten. De E7400 komt in de buurt en goedkopere dualcores van Intel zijn de Celerons en Pentiums. De prestaties van AMD's Athlon zijn niet mis, maar de noodzakelijke kostenbesparing, die tot het weglaten van L3-cache noopte, laat wel zijn sporen achter in de benchmarks.
De Phenom II-serie processors, die in januari van 2009 werden geïntroduceerd, moesten de paradepaardjes van AMD worden. Behalve de Phenom II-cpu's met de Deneb-core zijn ook de Athlon II-processors op de Phenom II-architectuur geïnspireerd. Op de quadcore Propus-core en de Rana, Regor en Sargas, respectievelijk triple-, dual- en singlecores, ontbreekt echter de L3-cache die wel op Deneb is te vinden. Met de introductie van de Phenom II's en de Athlon II's maakte AMD tevens de overstap van het AM2+- naar het AM3-socket. Daarmee ging de overstap gepaard van ddr2- naar ddr3-geheugen, een stap die ook Intel bij de introductie van de X58- en P55-chipsets maakte. Inmiddels is ddr3, mede door het grotere aanbod aan processors en moederborden die dit snellere geheugen ondersteunen, populairder dan ddr2-geheugen en vrijwel even duur geworden.

Op verschillende manieren is de chipontwerper uit op de gunsten van de consument. Zo bracht AMD niet alleen de snelstgeklokte processor uit, in de vorm van de Phenom II X4 965 BE, maar trakteerde het bedrijf ook overklokkers op een speciale TWKR-editie, een handgekozen chip die veel overklokruimte biedt. Deze Deneb-cores combineren hoge kloksnelheden, tot 3,4GHz, met een flinke hoeveelheid L3-cache onboard. AMD had al veel langer dan Intel de geheugencontroller op de cpu-die geïntegreerd en wist met de Deneb, Heka en Callisto, respectievelijk Phenoms met vier, drie en twee cores, ook het energieverbruik aardig in te perken, tot maximaal 140W. Die tdp van 140W gold de Black Editions van de snelste Phenom II's, maar in november voorzag AMD deze snelheidsmonsters van een update, die de tdp omlaag bracht naar 125W.
De chipsets die AMD voor zijn 45nm-aanbod in 2009 ter beschikking had, werden aangevuld door de 785G- of RS880-chipset. De overige chipsets, zoals de voorloper 780G en de 790-serie, werden in 2008 op de markt gebracht. De 785G werd, anders dan de 780G, op 55nm gebakken en vertegenwoordigde kleine, maar belangrijke verbeteringen. Vooral de verbeterde grafische mogelijkheden, in de vorm van de Radeon HD4200-igp - die mede dankzij de overname van ATI snel gebruikt kon worden - maakt moederborden met de chipset aan boord een goede keus voor htpc's en desktops met een hybride crossfire-opstelling.
Op het mobiele vlak heeft AMD het Yukon- en Congo-platform voor ultraportables, maar in termen van energiebeheer en 'rekenkracht op afroep' blijven deze systemen ietwat achter bij Intels aanbod. Op de mainstream-laptops is Puma, met mobiele Semprons en Turions, beschikbaar, maar dit platform is ietwat verouderd en zou worden opgevolgd door Tigris. Ter elfder ure kwamen in november toch voorzichtig notebooks met Tigris aan boord, maar voor echte vernieuwing zal tot 2010 gewacht moeten worden, wanneer in notebookland Danube zijn opwachting zal maken.
Voor Intels immens populaire Atom-segment heeft AMD niet echt een alternatief: de Congo-cpu's met de Athlon Neo-processors zijn met tdp's van 18W te energiehongerig en de ultrazuinige Sempron 200U wordt nauwelijks gebruikt.
De rest en de toekomst
Intel domineert ontegenzeggelijk de cpu-markt en AMD strijkt wereldwijd nog ongeveer eenvijfde van het aandeel op. Op de desktop zijn feitelijk geen andere producenten actief, maar voor laptops wist VIA Technologies een interessant alternatief voor Atoms te produceren in de vorm van de Nano-processor.

Transmeta, het bedrijf waar de goeroe van de Linux-kernel, Linus Torvalds, tot 2003 voor werkte en dat al in 2006 zijn laatste activiteit vertoonde, werd begin 2009 definitief verkocht. Het intellectueel eigendom ging naar Intellectual Venture Funding LLC, terwijl Transmeta zelf door Novafora werd overgenomen: laatstgenoemd bedrijf ging echter binnen een half jaar failliet.
Op het gebied van embedded processors bleven met name Marvell en Freescale cpu's produceren die apparatuur als routers en settopboxen aandrijven. De SheevaPlug, met daarin een Marvell Kirkwood-processor, draait een ARM-versie van Ubuntu en verdient nog een vermelding als nettop-alternatief. Deze producenten zijn samen met Qualcomm en Texas Instruments tevens verantwoordelijk voor het gros van de in mobieltjes gebruikte cpu's
Die nettops, de energiezuinige desktop-evenknie van de zo populaire netbook, lijken ook in 2009 nauwelijks van de grond te kunnen komen. Bijna plichtsgetrouw zet vrijwel elke fabrikant een all-in-one met Atom 330-cpu op de markt, maar als zoete broodjes verkopen ze allerminst, met uitzondering van Asrocks ION330-htpc. Ook de combinatie met de ION-chipset van Nvidia, een van de laatste chipsets die dat bedrijf voorlopig voor Intel produceert wegens conflicten met dat bedrijf. Hoewel ION de Atom eindelijk voldoende power geeft om hd-content weer te geven, is ook ION vooral voor netbooks populair. Afgezien van energiezuinige htpc's lijkt de desktop slechts mondjesmaat van ION en Atom voorzien: waarschijnlijk zijn er voldoende betaalbare alternatieven met meer rekenkracht, hoewel een lichte stijging van het energieverbruik dan wel op de koop toe moet worden genomen.
In het komende jaar zullen zowel Intel als AMD weer van zich laten horen met zuiniger, snellere en slimmere processors. Voor de desktop zal Intel in januari direct van start gaan met een die-shrink van Lynnfield oftewel de Core i5 en i7, die op 32nm geproduceerd wordt. Grote vernieuwing is de integratie van de gpu in de processor, hoewel deze met zijn 45nm nog niet op dezelfde die zal zitten.

AMD zal voorlopig op 45nm blijven produceren, maar in het tweede kwartaal zal de Thuban-processor naar verwachting op de markt komen. Deze Phenom II met maar liefst zes cores moet de concurrentie aangaan met Intels hexacore, de Core i7 met codenaam Gulftown. Ook de quadcore Deneb- en dualcore Callisto-processors moeten hun opwachting maken, waarbij hogere kloksnelheden en lager energieverbruik een grote rol zullen spelen.
Wat 2010 ook zal brengen, op beter presterende, snellere, zuiniger processors kunnen we ongetwijfeld rekenen. De consument zal dan ook meer 'bang for the buck' krijgen, terwijl ook op termijn de energierekening niet de pan uit zal rijzen.