Wat hebben de motorola razr 50 ultra, Samsung Galaxy Z Fold6 en Google Pixel 9 Pro Fold met elkaar gemeen? Natuurlijk: het zijn allemaal vouwbare smartphones die dit jaar zijn aangekondigd, maar er is nog een overeenkomst: ze zijn allemaal minstens even duur als hun voorganger. Je zou verwachten dat de prijzen juist zouden dalen dankzij de komst van steeds meer fabrikanten op de markt voor vouwbare smartphones, maar dat is tot nu toe niet echt gebeurd. Waarom eigenlijk niet?
Hoe de markt ervoor staat
De markt voor vouwbare smartphones begon met de Royole FlexPai in 2018, maar de eerste grote release vond plaats in 2019. Vouwbare smartphones hadden een onfortuinlijke start. Samsung kondigde zijn eerste Galaxy Fold aan, stond op het punt die uit te brengen en had reviewexemplaren verspreid. Die bleken vaak stuk te gaan, dus annuleerde Samsung de release. Een paar maanden later kwam een nieuwe, stevigere versie uit. Die bleek wel heel te blijven in handen van reviewers.
Huawei, toen nog aspirant-marktleider in smartphones, kwam tegelijkertijd met zijn Mate X. Dat was een ander model, met het vouwbare scherm aan de buitenkant. Het was een dunner ontwerp met een groter scherm aan de voorkant, maar het was ook kwetsbaarder. Huawei trok zich terug tot in China nadat het geen Google-diensten meer mocht meeleveren vanwege Amerikaanse sancties, maar bleef een paar jaar dit soort telefoons uitbrengen, ook in Nederland. De eerste klaptelefoon van Huawei, de P50 Pocket, kwam in 2022 uit.
Huawei en Samsung waren er dus al snel bij, maar Lenovo zat ook niet stil. Het Chinese bedrijf heeft het merk Motorola en wilde daarom een comeback maken met de razr, de iconische telefoon uit 2004 en een van de grootste successen uit de telefoonmarkt tot nu toe. De razr met vouwbaar scherm kwam begin 2020 uit.
Daarna bleef het even stil. Waar je zou kunnen verwachten dat veel fabrikanten direct op de vouwbare trein zouden springen, gebeurde dat niet. Intussen kwam Samsung na Lenovo ook met een klaptelefoon met vouwbaar scherm. Sinds 2020 zijn er elk jaar twee vouwbare smartphones van Samsung: een Fold en een Flip. Lenovo heeft wat meer lopen schuiven, maar intussen is daar ook een strategie. Er zijn sinds een paar jaar een goedkopere en een duurdere versie van de razr. Ze delen de vouwbare displays - vermoedelijk is dat praktischer inkopen - maar er zijn onder meer verschillen in het scherm aan de voorkant en in andere hardware, zoals de soc. In 2021 kwam Xiaomi met de Mix Fold. Eind 2021 kwam OPPO voor het eerst met een vouwbare telefoon, maar niet in Nederland. Google volgde in 2023, OnePlus kwam ook daarna met zijn eerste vouwbare model.
Fabrikant | Minitablet | Klaptelefoon |
Samsung | Z Fold | Z Flip |
Apple | - | - |
Xiaomi | Mix Fold | Mix Flip |
OnePlus | Open | - |
OPPO | Find N | Find N Flip |
Lenovo | - | Razr |
Transsion | Tecno Phantom Fold | Infinix Zero Flip |
Pixel Pro Fold | - |
Deze tabel vult zich steeds verder. Apple heeft geen vouwbare smartphones, maar werkt daar volgens geruchten wel aan. Het zou gaan om een klaptelefoon. OnePlus heeft alleen een minitablet, vermoedelijk omdat OPPO als zustermerk toch al een klaptelefoon heeft en OnePlus veelgebruikers als doelgroep heeft. De klaptelefoon is bij veel merken meer een model gericht op mode en niet op extra functionaliteit of productiviteit.
Lenovo houdt het bij de razr, de reden daarvoor is onbekend. Het bedrijf Transsion is buiten Europa groot, met diverse merken, en heeft met de Tecno een minitablet en met de Infinix een klaptelefoon. Google tot slot heeft alleen een minitablet en vindt dat de markt voor klaptelefoons al genoeg gevuld is. Er gaan geen geruchten over een klaptelefoon van Google. Als die in ontwikkeling zou zijn, hadden we dergelijke geruchten vast gezien; er blijft weinig geheim bij de zoekgigant.
Het is tot nog toe lastig om Europese prijzen van series van vouwbare smartphones te volgen. Samsung heeft twee consistente series en de motorola razr loopt al even, maar Huawei is in Europa niet echt actief meer en Google is pas net begonnen. OnePlus heeft pas een vouwbare smartphone, Xiaomi brengt zijn foldables nauwelijks in Europa uit en Honor heeft ook nog weinig vergelijkingsmateriaal.
Samsung heeft de prijzen stap voor stap verhoogd. Bij de Fold zijn dat twee prijsverhogingen en bij de Flip waren het er ook twee, maar is de adviesprijs nu weer hetzelfde. De motorola razr kost inmiddels hetzelfde na een paar lagere adviesprijzen. Google heeft bij de 9 Pro Fold voor dezelfde europrijs gekozen als bij de Pixel Fold van vorig jaar. De Pixel Fold is nooit in de Benelux uitgekomen, wel in Duitsland en Frankrijk. Kortom, de prijzen zijn dit jaar niet bepaald aan het dalen. Komt dat door een gebrek aan concurrentie?
Dat lijkt logisch, maar is vooralsnog niet waar. Wereldwijd gezien is Samsung namelijk geen marktleider meer. Die positie is overgenomen door Huawei. Dat zegt vooral veel over China: echt een foldableland. Waar Samsung en Motorola in de Amerikaanse en Europese winkels domineren, zijn merken als Huawei en Honor groot op de Chinese markt en die maakt een groot deel uit van de wereldwijde markt. Er zijn geen openbare cijfers per werelddeel.
De dominantie van China heeft ook gevolgen voor welke vouwbare smartphones populair zijn: de minitablet, of book style foldable zoals analisten hem ook wel noemen, heeft het grootste aandeel en dat komt vooral door China. De klaptelefoon moet het doen met een kleiner marktaandeel. Dat is extra opvallend omdat de klaptelefoon in het Westen geldt als mode-item en bovendien een stuk goedkoper is. De minitablet heeft uiteraard een functioneel voordeel, omdat recente modellen vaak een werkbaar regulier smartphonescherm voorop hebben, gecombineerd met een tabletscherm binnenin.
Wie dacht dat vouwbare smartphones al een aanzienlijk deel van de smartphonemarkt vormen, heeft het mis. Er blijft groei in zitten, ook ten opzichte van de reguliere smartphonemarkt, maar het aandeel lag vorig jaar rond 1,5 procent. Op de high-end markt is dat natuurlijk hoger, want alle geleverde vouwbare smartphones zijn dure smartphones. Er zit wel groei in, maar die groei is niet indrukwekkend.
En waarom dan?
Waar klaptelefoons inmiddels dus onder de 1000 euro verkrijgbaar zijn, zijn de duurdere minitablets voorzien van prijzen die ver boven de 1000 euro liggen. Voor beide soorten telefoons gelden er vaak kortingsacties en cashbacks om de prijs te drukken, zoals bij veel high-end smartphones. Bovendien is er nu langzaam aan een markt voor tweedehands vouwbare smartphones ontstaan. Ze zijn steeds vaker op Vraag & Aanbod te vinden en ook refurbished zijn de nodige modellen makkelijk vindbaar.
Het aantal vouwbare smartphones groeit gestaag, maar niet explosief en intussen neemt de concurrentie tussen fabrikanten toe. Enkele grote en veel kleinere smartphonemerken hebben intussen vouwbare smartphones, behalve Apple. Dat die concurrentie er is, is te zien aan de komst van nieuwe merken als OnePlus en Google, en natuurlijk aan het verschijnen van telkens nieuwe modellen.
Een logische gedachte zou zijn dat vouwbare smartphones duurder zijn om te maken en daarom zo duur blijven. Tot op zekere hoogte is dat waar, maar de kosten om de eerste modellen te ontwikkelen kunnen geen onderdeel meer zijn van de prijs. Het is geen nieuw soort smartphone meer en onderdelen zoals de schermen en scharnieren zijn al jarenlang in de handen van tientallen miljoenen gebruikers getest.
Bovendien is er concurrentie gekomen op het gebied van bijvoorbeeld de vouwbare displays. Die blijven uiteraard duur, want het scherm is een dure component voor elke smartphone. Het vouwbare scherm van de Fold5 kost als vervangend onderdeel 589 euro, dat van de S24 Ultra 269 euro. De prijzen van oudere modellen liggen nauwelijks lager.
Als we aannemen dat Samsung de kostprijs doortrekt, is het scherm van een Fold rond 300 euro duurder dan dat van een Ultra-telefoon. Dat verklaart dus zeker niet het hele prijsverschil. Bovendien is er concurrentie op het gebied van vouwbare schermen. Chinese merken maken gebruik van displays van BOE en China Star. Chinese partijen zijn vaak bereid om bodemprijzen te accepteren om marktaandeel te winnen.
Kan het liggen aan de kosten die fabrikanten maken voor reparaties? Samsung claimt dat in verhouding evenveel klanten met een vouwbare smartphone een reparatie onder garantie nodig hebben als klanten met een regulier model. Wel zijn die reparaties natuurlijk geregeld duurder. De smartphones hebben duurdere onderdelen, zoals het scherm, en zitten bovendien vaak complexer in elkaar. Daardoor vergen reparaties meer tijd en zal de kostenpost per reparatie wel wat hoger zijn.
Uiteindelijk is het ook een spel van vraag en aanbod, en van schaal. Minitablets kosten iets minder in China. OPPO biedt zijn Find N3 daar aan voor 8999 yuan, omgerekend 1130 euro. Zelfs als je daar 21 procent btw bijtelt, kom je onder de 1400 euro uit, fors minder dan de 1600 euro die de OnePlus Open hier kost. Nu geldt die lagere prijs voor veel meer smartphones, ook reguliere, maar bij hogere prijzen is het absolute verschil ook groter. Bovendien is er méér aanbod in China van meer verschillende merken, zoals Xiaomi, Huawei en OPPO, aanbod dat grotendeels ontbreekt in Europa.
Klaptelefoons hebben prijzen die veel consumenten ongeveer verwachten te betalen voor een nieuwe smartphone, vaak tussen 600 en 1000 euro met aanbiedingen. Fabrikanten zouden ze kunnen aanbieden met goedkopere componenten, zoals minder krachtige socs en minder goede camera's, maar de grootste kostenpost blijft dat scherm en de bouw van het scharnier. Een telefoon die normaal 150 euro kost aanbieden als klaptelefoon voor 500 of 600 euro, is geen goede deal. Nu zijn er wel midrangetelefoons, zoals de razr, die je op basis van de hardware verwacht voor rond 500 euro en die als klaptelefoon 900 euro kosten. Het zijn, kortom, de kosten van de componenten en het feit dat je daar niet omheen kunt als fabrikant, die tot de hogere prijzen leiden.
Tot slot
Zullen vouwbare smartphones goedkoper worden? Voorlopig ligt dat niet voor de hand. Door de kosten voor componenten en de vermoedelijk hogere kosten voor reparatie is het aanbieden van goedkopere vouwbare smartphones onaantrekkelijk voor fabrikanten. Het kán wel, maar een budgettelefoon proberen te verkopen voor 500 euro omdat je hem kunt dubbelvouwen, zal weinig klanten aanspreken. Een midrangesmartphone verkopen voor 800 of 900 euro omdat hij dubbelvouwt, of een bijna-high-end model voor 1000 of 1100 euro kan weer wel.
De minitablet zit in een lastige hoek. De schermen zijn veel duurder en als je toch in die hogere prijsklasse zit, verwachten klanten ook dure componenten, zoals de nieuwste socs, snelste opslag en genoeg camera's. Er is concurrentie op de markt voor vouwbare schermen, maar dat die concurrentie de prijzen niet omlaag heeft gejaagd, is een teken aan de wand. Grote prijsdalingen voor vouwbare smartphones zitten er vermoedelijk voorlopig niet aan te komen.
Daar komt bij dat het de vraag is hoelang de minitablet nog heeft, want er komt een nieuwe categorie aan: de dubbel-vouwbare smartphone. Huawei en Xiaomi zouden daaraan werken, en mogelijk volgen er meer fabrikanten. Er zijn veel vraagtekens rondom dit concept en het is zeker geen gegeven dat het lukt, want er zijn ook geen smartphones met oprolbare schermen, hoewel we al jaren geleden concepten zagen. Als de dubbel-vouwbare smartphone een succes wordt, heb je in plaats van een minitablet het scherm van een volledige tablet. Zouden ze dan hetzelfde kosten als de huidige 'folds' of zou die prijs nóg hoger liggen?