Minister Van Bijsterveldt van OCW gaat aanbieders van tv-pakketten verplichten om minimaal dertig zenders in het digitale basispakket op te nemen. De minister past de mediawet hiervoor aan. De vijftig lokale programmaraden gaan verdwijnen.
De Mediawet 2008 laat aanbieders vrij om volledig over te stappen van analoge tv naar digitale distributie, maar zolang een kabelbedrijf analoge televisie doorgeeft, moet het basispakket minimaal 15 zenders bevatten. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap gaat de mediawet echter zo aanpassen dat het digitale wettelijke minimumpakket verhoogd wordt naar 30. KPN's Digitenne krijgt een uitzonderingspositie vanwege de beperkte bandbreedte; tot 2017 is het minimum voor deze dienst op 25 televisiezenders gezet.
De aanbieders mogen zenders boven dat minimum bundelen in betaalde pluspakketten. De partijen zijn vrij in de keuze van de zenders, afgezien van de zeven must carry-zenders. Dat zijn de drie publieke zenders, twee televisiezenders van de Vlaamse publieke omroep, per provincie één regionale, publieke televisiezender en per gemeente één lokale, publieke televisiezender.
Hoewel de meeste digitale standaardpakketten nu 50 tot 60 televisiezenders bevatten, wil de minister met de wetswijziging garanderen dat kijkers zonder extra kosten toegang houden tot een gevarieerd minimumpakket. "Pakketaanbieders zullen daarnaast een selectie maken uit kleinere en buitenlandse publieke en commerciële zenders, en daardoor tegemoetkomen aan verschillende voorkeuren van grotere en kleinere doelgroepen binnen het publiek", aldus de minister.
Het voorstel wordt na de zomer van 2012 naar de Tweede Kamer gestuurd. Zodra de gewijzigde Mediawet in werking treedt, verdwijnen de 50 lokale programmaraden die nu adviseren over het analoge kabelpakket.