NL-Alert, het nieuwe waarschuwingssysteem via cell broadcast, blijkt niet te werken met 'hedendaagse smartphones'. De overheid is hiervan op de hoogte en zet de invoering door terwijl ondertussen naar oplossingen wordt gekeken.
Nederland is volgens Ernst Hirsch Ballin, de demissionaire minister van Binnenlandse Zaken, wereldwijd een voortrekker en het eerste land dat de cell broadcast-techniek invoert. Volgens de minister is het succes van NL-Alert afhankelijk van de bereidheid van mobieltjesmakers om toestellen geschikt te maken voor cell broadcast.
Dit blijkt uit een brief die de minister medio juli aan de Tweede Kamer stuurde, maar waarvan de volledige inhoud in eerste instantie niet werd gepubliceerd. In de openbare versie van deze bewuste brief, die op Rijksoverheid.nl is gepubliceerd, is bepaalde informatie achterwege gelaten, zo blijkt uit een vergelijking tussen de twee documenten. Een zegsman van het ministerie stelt dat er sprake is van een fout en dat het juiste document, waarvan een afschrift in het bezit is van Tweakers.net, alsnog wordt gepubliceerd.
Al in 2008 sprak de overheid de wens uit om burgers in een rampgebied via cell broadcast te kunnen alarmeren, omdat het huidige systeem met sirenes niet meer zou voldoen aan wat burgers van de overheid verwachten. Uit de originele brief blijkt onder meer dat het systeem voorlopig nog niet operationeel is. "NL-Alert zal eind 2010 technisch geïnstalleerd zijn. Naar verwachting zal NL-Alert in het tweede kwartaal van 2011 operationeel in gebruik genomen kunnen worden", schrijft de minister.
Die ingebruikname blijft dan overigens beperkt tot de 25 regionale meldkamers en twee van de vijf hiervoor in het leven geroepen coördinatiecentra. Om het systeem goed uit te kunnen rollen, is door het Ministerie van Economische Zaken een subsidie van drie jaar toegekend. In hoeverre NL-Alert in Nederland daadwerkelijk een rol zal spelen, is overigens onzeker. Standaardisatieclub Oasis werkt momenteel aan het common alerting protocol dat 'binnen enkele jaren een grote acceptatie' moet hebben. Het ministerie zegt deze ontwikkelingen nauwlettend in de gaten te houden om een cap-toepassing voor NL-Alert te kunnen ontwikkelen. Het is niet bekend of de nu ontwikkelde versie van NL-Alert daarmee overweg kan.
Wat volgens de minister wel duidelijk is, is dat 'hedendaagse smartphones' niet met de cell broadcast-technologie overweg kunnen. De overheid is daarom in gesprek met diverse fabrikanten om het werkend te krijgen. "Bij telefoons waar het wel mogelijk is, zal het bijvoorbeeld automatisch geactiveerd zijn", zegt woordvoerder Frans Wassenaar tegenover Tweakers.net. "In gevallen waar cell broadcast niet mogelijk is, proberen we het zo te regelen dat het instellen zo eenvoudig mogelijk wordt, bijvoorbeeld door voor de iPhone een standaardapplicatie mee te leveren."
Met cell broadcast is het mogelijk om via het netwerk van de operators een tekstbericht op alle mobiele telefoons in een bepaald gebied af te leveren. Om het gebied nauwkeurig te kunnen definiëren is Nederland hiervoor onderverdeeld in 5000 cellen. Hoewel de techniek achter cell broadcast een afgeleide is van het bekende sms-bericht, worden cell broadcast-berichten via een apart kanaal in het netwerk afgeleverd.
Groot voordeel hiervan is dat cell broadcast geen last heeft van de drukte op het netwerk en berichten dus eigenlijk altijd kunnen worden verzonden. Omdat het hier om een 'one to many'-bericht gaat kan de verzender overigens niet zien wie zijn bericht daadwerkelijk ontvangt, dit in tegenstelling tot een sms-bericht, waarbij dit wel mogelijk is. Nadeel van cell broadcast is dat mobiele-telefoonbezitters de functie op hun telefoon geactiveerd moeten hebben en bovendien op het juiste kanaal zijn 'geabonneerd'. Volgens de zegsman kan dit nadeel op nieuwe telefoons door afspraken met de fabrikanten worden ondervangen.