De overheid gaat bij calamiteiten alarm slaan via een systeem waarbij mensen via de mobiele telefoon een bericht ontvangen. De dienst werkt echter nog slechts via 3g en 42 procent van de Nederlanders heeft geen geschikt mobieltje.
Ondanks de problemen heeft het kabinet vrijdagmiddag besloten het systeem met de naam NL-Alert landelijk in te voeren. In geval van calamiteiten krijgen mensen rond een getroffen gebied een bericht, dat lijkt op een sms. Daarin staan naast informatie over de calamiteit ook aanwijzingen, zoals het moeten sluiten van deuren en ramen. Het systeem zou op termijn het luchtalarm moeten vervangen. Dat kan echter nog jaren duren.
Tijdens een drietal testen kwamen de nodige problemen naar voren. Niet alle providers bleken de berichten te kunnen afleveren als een telefoon was verbonden via het 3g-netwerk. Veel geschikte telefoons zitten echter op 3g-netwerken. Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie zegt in een brief aan de Tweede Kamer erop te rekenen dat die problemen zijn opgelost voor de invoering. Die vindt volgend jaar plaats.
Een ander probleem is dat lang niet alle telefoons geschikt zijn voor het ontvangen van berichten via NL-Alert. Ongeveer 42 procent van de Nederlanders kan momenteel niet worden bereikt via het systeem. Onder meer iPhones kunnen de berichten niet ontvangen. De overheid hoopt dat Apple en andere mobieltjesmakers overstag gaan als de Amerikaanse overheid het systeem gaat gebruiken. Dat zal volgend jaar gebeuren.
Daarnaast lazen mensen tijdens de testen de berichten vaak niet. Slechts eenderde bleek bij de testen de tekst van het testalarm te lezen. De helft van de mensen die het bericht lazen, deed dat binnen tien minuten. Dat niet iedereen het bericht snel leest, komt volgens het rapport over de testen doordat mensen de telefoon uit hadden staan of niet gestoord wilden worden.
De testen zijn in augustus en september uitgevoerd. Inmiddels kwamen eerder dit jaar de eerste smartphones met een NL-Alert-app ook al op de markt. De plannen voor het alarmsysteem zijn al sinds 2008 in de maak.
Het systeem werkt via 'cell broadcast', waarbij providers een kanaal reserveren voor deze berichten. Dat heeft als voordeel dat de berichtjes aankomen, ook als gewone sms'jes niet meer verstuurd kunnen worden. Om het gebied nauwkeurig te kunnen definiëren is Nederland hiervoor onderverdeeld in 5000 cellen.