Het militaire regime van Myanmar heeft de toegang tot internet in het hele land onmogelijk gemaakt. Daarmee lijkt de junta de internationale berichtgeving over de opstand in het land te willen bemoeilijken.
Sinds afgelopen maandag protesteren tienduizenden Birmezen tegen de slechte economische omstandigheden in het land. Pogingen van het leger om de protesten met geweld uiteen te slaan, hebben internationaal tot beroering geleid. Dat bleek aanleiding voor de 'State Peace and Development Council', zoals de militaire dictatuur officieel heet, om de toch al gebrekkige vrijheid van meningsuiting in het land nog verder in te perken.
Volgens een woordvoerder van Myanmar Post and Telecoms, die anoniem wilde blijven, is internet buiten bedrijf omdat 'de onderzeese kabel stuk is', bericht persbureau AFP. In het licht van het feit dat donderdag de Japanse journalist Kenji Nagai door ordetroepen werd doodgeschoten terwijl hij de protesten probeerde te fotograferen, mag een dergelijke verklaring echter worden betwijfeld.
De internettoegang in het Zuid-Aziatische land gold al als een van de strengst gefilterde ter wereld. Een studie uit 2005 wees uit dat de meeste Birmezen alleen toegang tot sites in het eigen land hebben en dat met name e-mail scherp in de gaten wordt gehouden. Om te voorkomen dat de oppositie informatie via bijvoorbeeld blogs, communitysites of zelfs wenskaartensites het land uit 'smokkelt', zou nu de volledige toegang tot het internet onmogelijk zijn gemaakt.