Microsoft heeft Windows Home Server Release Candidate 1 op de downloadsite voor bètatesters gezet. De serverversie voor thuisgebruikers nadert daarmee de release.
Windows Home Server moet in eerste instantie een besturingssysteem worden om thuisgebruikers kennis te laten maken met de geneugten van een centrale opslagserver voor mediabestanden. De software zal beschikbaar zijn voor oem's; zo heeft HP al aangegeven zijn MediaSmart Server van het OS te gaan voorzien. Het besturingssysteem zal bovendien zwaar leunen op de mogelijkheid om plug-ins te ontwikkelen en zo het thuisserverconcept uit te breiden met extra mogelijkheden. Daarbij valt te denken aan streaming media, backupsoftware, beheer van antivirusprogramma's op het netwerk en home automation.
Geïnteresseerden kunnen een vragenlijst invullen, waarna zij mogelijk uitgenodigd zullen worden voor deelname aan het testprogramma. Ontwikkelaars en knutselaars kunnen bovendien meedingen naar de prijzenpot van 50.000 dollar door hardware- of softwareplugins te ontwerpen.
Ruim honderdduizend bètatesters kunnen de software nu al binnenhengelen om op jacht te gaan naar bugs en onvolkomenheden. Sinds 22 maart zijn er al 2385 bugreports aangemaakt, zo vertelde Windows Home Server-programmanager Chris Sullivan. In het traject naar RC1 is er vooral aandacht besteed aan fouten in de software, maar is ook het installatie- en configuratiegemak aanzienlijk verbeterd. F-Secure en Diskeeper hebben beide al aangegeven voor softwareondersteuning te gaan zorgen met respectievelijk een antivirusprogramma en voorzieningen voor schijfbeheer. Hoeveel Windows Home Server zal kosten, zal uiteindelijk van de oem's afhangen, zo stelt Microsoft. Naast HP zijn dat onder andere Gateway, Lacie en Medion.