Het Amerikaanse bedrijf Desktop Factory, onderdeel van IdeaLab, zal aan het einde van dit jaar een 3d-printer op de markt brengen die onder de grens van vijfduizend dollar duikt. In de toekomst hoopt het bedrijf 3d-printers ook voor consumenten bereikbaar te maken.
In tegenstelling tot de zelfbouw-3d-printer die de techneuten van Evil Mad Scientist Laboratories drie dagen geleden onthulden, werkt de printer van Desktop Factory met een halogeenlamp die nylon 3d-pixels, die voxels worden genoemd, aan elkaar laat smelten. Het apparaat zelf zou net iets minder dan vijfduizend dollar gaan kosten. Het materiaal is ook een stuk vriendelijker geprijsd dan bij de concurrentie: het kost slechts drie dollarcent per kubieke centimeter. De printer kan modellen creëren tot 12,5 bij 12,5 bij 12,5 centimeter uit laagjes van een kwart millimeter dik. Het apparaat zelf meet 63,5 bij 50,8 bij 50,8 centimeter en weegt 41 kilogram.
Op dit moment zijn er waarschijnlijk weinig consumenten die enig nut zien in een dergelijk apparaat. Toch denkt Desktop Factory dat menig computergebruiker over enkele jaren een 3d-printer op zijn bureau heeft staan: vroeger kostten laserprinters ook een vermogen en hadden consumenten er geen behoefte aan; tegenwoordig kosten ze minder dan honderd dollar en is de consumentenmarkt voor laserprinters groot. Desktop Factory denkt niet dat de 3d-printermarkt even groot zal worden als die voor laserprinters, maar verwacht dat een prijsdaling tot duizend dollar binnen drie tot vijf jaar zal meehelpen om ook consumenten aan de 3d-printers te helpen. Voorlopig zal de markt vooral bestaan uit bedrijven die schaalmodellen van hun producten aan klanten willen laten zien.
