Onlangs lanceerde AMD een dual-coreprocessor die ook voor gewone stervelingen betaalbaar is. De paradepaardjes van AMD en Intel gaan momenteel nog voor prijzen tot duizend euro over de toonbank, terwijl de nieuwe AMD-telg momenteel 354 dollar af fabriek moet opbrengen - voor dat geld worden twee cores geleverd die elk over 512KB L2-cache beschikken en op 2GHz draaien. ExtremeTech heeft de X2 3800+ onder de loep genomen en concludeerde dat deze chip AMD's dominantie op de gamesmarkt consolideert, terwijl de processor op andere terreinen heel behoorlijk meedoet. Ter vergelijking zijn vier processoren in vergelijkbare systemen aan identieke tests onderworpen. De Pentium D 820 is daarvan de enige die enigszins met de 3800+ vergelijkbaar is: ook deze Intel beschikt over twee cores, en de prijs is met ongeveer 250 euro zo mogelijk nog lager dan die van de 3800+. De andere drie chips zijn de FX-55 en de Athlon 64 X2 4800+ van AMD en de Pentium 4 Extreme Edition 840 van Intel, die twee- tot driemaal zo duur als de 3800+ zijn.
De SPECapc 3ds max-test laat een ruime voorsprong voor AMD zien, en zelfs de 3800+ is ongeveer twintig procent sneller dan de beste Intel. Bij een 3ds max-rendertest moet de 3800+ de Extreme Edition nog voor laten gaan, maar bij een render in LightWave 8 boekt de nieuwe dual-core van AMD weer ruim twintig procent voorsprong; zelfs 44% in vergelijking met Intels D 820. Multithreading is bij deze toepassingen sowieso een voordeel: ook de D 820 presteert bij het renderen gelijkwaardig of beter dan de FX-55. Bij het renderen met POV-Ray, dat single-threaded is, haalt de FX-55 zijn gram. De goedkopere dual-cores hebben hier tot dertig procent extra tijd nodig. Overigens presteert de dure 4800+ vrij consequent tien tot twintig procent beter dan zijn nieuwe broertje, wat op z'n minst vraagtekens bij het verschil in prijs oproept. Bij het maken van mediabestanden wordt opnieuw duidelijk dat de 3800+ goed meekomt: bij een After Effects- en een WME-test wordt de FX-55 verslagen en in het maken van DivX-bestanden doet de 3800+ het even goed als de 820 D. Maar terwijl de Extreme Edition in diezelfde DivX-test op tien procent achterstand wordt gezet, klokt de FX-55 hier juist weer een 44% lagere tijd dan de 3800+.
Maar het zijn de games waarin AMD kei- en keihard toeslaat. Bij vier geteste spellen - Doom 3, Painkiller, Unreal Tournament 2004 en Flight Simulator 2004 - laten alle AMD's alle Intels consequent achter zich, en niet met kleine marges. Dat de 3800+ bij enkele 3Dmark05-tests de Intels voor moet laten gaan zal voor die fabrikant een schrale troost zijn. Ook in de diverse multitasking-scenario's waar ExtremeTech mee op de proppen komt neemt zelfs het kleine AMD'tje afstand van beide Intels. Weer laat AMD het alleen liggen in de synthetische PCMark04-tests, maar ook hier zal dat verlies het bedrijf vermoedelijk een zorg zijn. Heel opvallend is alleen de prestatie van de FX-55 als die chip een WMV'tje moet encoden terwijl Flight Simulator 2004 wordt gespeeld: de gebruiker moet het doen met ongeveer vijf frames per seconde, waar de 820 D er 25 haalt en de andere chips, inclusief de single-core Intel Extreme Edition, meer dan 35 fps neerzetten.
De dual-corechips van AMD hadden maar één nadeel, schrijft de site, en dat was de prijs. Dat argument is niet echt naar de prullenmand verwezen - de 3800+ is meer betaalbaar dan goedkoop - maar van deze chip zouden we nog veel kunnen horen. Gamers met een beperkt budget hebben in elk geval nog maar één mogelijkheid, de voorsprong van AMD is scherp afgetekend. Intel is er wel in geslaagd om de goedkoopste dual-coreprocessor aan te bieden, en op diverse terreinen is de achterstand van de 820 D maar klein. Als AMD er echter in slaagt om de prijs van de 3800+ nog wat te laten zakken, zal Intel het nog knap lastig krijgen - zeker omdat de AMD relatief weinig stroom verbruikt, de TPR bedraagt 89W tegen 110W voor de 4800+. Dat is op zichzelf nog niet vreselijk belangrijk, maar het suggereert wel dat dit nieuwe eendje in de dual-corebijt tot een flinke zwaan overgeklokt kan worden - het verhaal wordt dus ongetwijfeld vervolgd.
