De PCI-SIG heeft de nieuwste specificatie van de PCI Express-standaard afgerond. PCIe 7.0 is beschikbaar voor leden van de organisatie achter de standaard en heeft twee keer de bandbreedte van de PCI Express 6.0-standaard. Per lane betekent dat 128GT/s in plaats van 64GT/s.
Producten met de nieuwe standaard, die vooral op servers gericht is, zullen nog enige tijd op zich laten wachten. De vorige standaard PCIe 6.0 werd in januari 2022 afgerond, maar vooralsnog zijn er geen producten met die standaard op de markt. Daar moet dit jaar langzaam verandering in komen. Servers met PCIe 7.0 aan boord worden dan ook pas over enkele jaren verwacht. Dat zou dan met name gaan om AI-servers, die profiteren van de extra bandbreedte om de grote hoeveelheden data van de workloads te verplaatsen.
Met de PCIe 7.0-standaard ondersteunt de interface voor het eerst optische interconnects in plaats van alleen koperen verbindingen. Daardoor kunnen grotere afstanden overbrugd worden en wordt er tegelijk minder energie gebruikt. PCIe 7.0-lanes hebben een snelheid van 128GT/s, twee keer zo hoog als de 64GT/s in PCIe 6.0. Met een x16-interface komt dat bij PCIe 7.0 uit op een bandbreedte van 242GB/s. Ter vergelijking: consumenten-pc's gebruiken momenteel PCI Express 5.0, met snelheden tot 32GT/s per lane. Dat komt met eenzelfde interface neer op een snelheid van ongeveer 63GB/s.
De standaard blijft achterwaarts compatibel, maar gebruikt net als PCIe 6.0 een andere encoding voor de data dan PCIe 5.0: versies 6 en 7 gebruiken pam4 in combinatie met 242b/256b FLIT. Dat levert minder overhead op voor foutcorrectie dan de 128/130-encoding van PCIe 3.0 tot 5.0.