"Huh, je bent weer verdwenen en ik was je net gaan volgen." Het is de maandagochtend nadat Elon Musk Twitter overnam. Uit pure interesse proberen diverse Tweakers-redacteuren zich Mastodon eigen te maken. Dat blijkt niet makkelijk. De eerste stappen in de fediverse.
Een paar weken geleden bespraken we Mastodon in een artikel dat behoorlijk populair bleek, maar daarin ging het alleen over wat het is, niet over hoe je eraan kunt beginnen. Dat doen we in dit artikel.
Nog even kort wat Mastodon is. Het is een decentraal sociaal netwerk om tekst en afbeeldingen te posten en bestaat sinds 2016. 'Decentraal' betekent dat er diverse servers zijn, waarbij gebruikers ook een eigen server kunnen opzetten, en dat gebruikers daarop publiceren. Het geheel van servers heet de 'fediverse', een samentrekking van 'federated' en 'universe'. Gebruikers van andere servers kunnen de berichten ophalen van jouw server en ze op hun eigen feed zien. De reden voor die inrichting is dat Mastodon op die manier lastiger offline te halen is en serverbeheerders bovendien controle krijgen over wat wel of niet op een bepaalde server is toegestaan.
Het werkt op basis van het ActivityPub-protocol, de standaard die door het World Wide Web Consortium wordt aangeraden voor sociale media. Je kunt de code daarvan op GitHub vinden. ActivityPub is dus de basis en behalve Mastodon zijn er veel meer sociale media die ermee werken, waaronder alternatieven voor YouTube en Instagram.
Het begin: hét Mastodon bestaat niet
Mastodon draait op veel verschillende servers, dus als je begint, moet je een server kiezen waarop je je account wilt aanmaken. Er zijn volgens Mastodon ongeveer 7100 servers. De keuze voor een server is belangrijk en toch ook weer niet. De server, of instance, bepaalt immers de moderatieregels. De admin daarvan kan per server instellen dat bijvoorbeeld afbeeldingen of hele posts van een bepaalde andere instance worden geblokkeerd en die kun je dan niet zien. Omgekeerd geldt ook: als je op een instance zit waar veel rottigheid vandaan komt, dan kunnen jouw posts geblokkeerd worden. Daar komt bij dat de beheerder van je server DM's standaard kan lezen, dus je moet wel vertrouwen hebben in de serverbeheerder als je vertrouwelijke gesprekken gaat voeren via Mastodon.
Aan de andere kant kun je een account makkelijk verhuizen. Dat heet een doorverwijzing. Daarbij gaan je volgers en accounts die je zelf volgt, automatisch mee naar de nieuwe instance. Dan hoef je dus niet opnieuw te beginnen. Wel blijven je posts dan achter.
Je moet ook vertrouwen op de uptime van de server. Het probleem op de bewuste maandagochtend toen Elon Musk Twitter overnam, is dat Mastodon.social het zwaar had met de nieuwe aanwas van gebruikers en dat daardoor veel dingen niet doorkwamen. Nieuwe accounts aanmaken op de server kon alleen met uitnodiging van een bestaande gebruiker, en posts en andere informatie kwamen niet of pas veel later door. Na het bijzetten van meer servercapaciteit was dat probleem verholpen.
Jezelf verifiëren op Mastodon kan op een paar manieren en er is geen 8 dollar per maand voor nodig. Wel moet je de controle hebben over een server of internetsite, waarop je een stukje code kunt plaatsen die Mastodon kan uitlezen om zo de verificatie te voltooien. Ook kun je natuurlijk een eigen instance draaien om jezelf te verifiëren, al is dat meer werk. De bekendste en grootste instance is Mastodon.social en dat is van de makers van Mastodon zelf. Uiteindelijk is er geen goede of verkeerde keuze voor een server.
Als je wilt beginnen met het draaien van een eigen instance, dan heeft Mastodon daar een uitleg over. Dat kun je allemaal zelf inrichten met een domeinnaam en een vps, maar het is sinds een tijdje ook mogelijk om hosting af te nemen die specifiek is gericht op het draaien van Mastodon. Een eigen domeinnaam meenemen is dan wel vereist. Je kunt ook een server hebben met alleen je eigen account. Een instance openzetten voor andere gebruikers brengt eigen uitdagingen met zich mee. Met meer gebruikers komt ook moderatie om de hoek kijken. Bovendien moet je opslagruimte hebben voor al het beeldmateriaal dat ze uploaden.
Mastodon gebruiken
:strip_exif()/i/2005485942.jpeg?f=thumblarge)
Mastodon heeft standaard een feed met berichten van alle accounts van alle servers, maar ook een 'lokale' tijdlijn met een feed van alleen de eigen server. Daarbij gaat het niet om accounts die je volgt, maar alle openbare accounts. Het nadeel van een server waarbij je weinig andere gebruikers hebt of gebruikers waarmee je niets hebt, is dat de lokale tijdlijn weinig boeiend is. Er is ook een 'globale' tijdlijn met alle berichten van alle servers die jouw server toestaat, maar die loopt zo snel vol dat hij zo goed als onbruikbaar is.
Als je een account hebt aangemaakt, is de volgende stap om accounts te vinden die je wilt volgen. Als je al op Twitter zit, kun je een migratietool proberen. Zelf heb ik daarvoor Moa gebruikt. Alle accounts die je volgt, komen in een csv en die kun je uploaden in Mastodon, waarna je alle gevonden accounts op Mastodon automatisch kunt volgen.
Het voordeel is dat je dan automatisch een gevulde tijdlijn kunt krijgen. Bovendien hebben al die mensen ook door dat je hen bent gaan volgen, dus met wat geluk krijg je op die manier automatisch wat volgers die je posts lezen en heb je al snel meer contact met andere gebruikers.
Dan even snel wat termen. Posten heet 'tooten' en als je een bericht van iemand anders deelt met je eigen volgers, is dat 'boosten'. Je kunt posts niet liken, maar je kunt wel op 'favorite' drukken, soms vergezeld van een ronddraaiend sterretje in de interface. Als je post, valt je iets op: Mastodon heeft geen tellers voor hoeveel 'boosts' of 'favorites' een post heeft gehad in de tijdlijn. Als je de post aanklikt, kan het wel zichtbaar zijn, maar standaard is dat niet zo. Wel verschijnen er posts die mensen die je volgt, hebben geboost in je feed. Die feed is sowieso chronologisch en niet algoritmisch. Dat is aan de ene kant fijn, want je weet precies waarom de ene post boven de andere staat. Aan de andere kant is het lastig als je niet vaak de tijdlijn opent, want dan zie je niet wat je mogelijk belangrijk vindt.
/i/2005485972.png?f=thumblarge)
Als je dan een gevulde tijdlijn hebt, wil je die natuurlijk ook lezen. Daar heb je diverse manieren voor. Je kunt natuurlijk in de browser naar de domeinnaam van je Mastodon-server gaan of je kunt de site als progressive webapp opslaan, maar er zijn ook opties voor apps op desktop en mobiel.
De native apps zijn niet het uitgebreidst, maar hebben een interface die overzichtelijk is en die in elk geval prima voldoet om te lezen. Ook de webapp voldoet en is te installeren op het homescreen. Ook kan hij meldingen verzenden en werkt hij als pwa.
Tot slot
Mastodon is door de decentrale opzet lastiger om mee te beginnen dan iets als Twitter, maar het is aan de andere kant wel beter naar eigen smaak in te richten en opener, wat je bijvoorbeeld merkt aan het bestaan van importeer- en exporteerfuncties. Het kan voor sommigen werken als vervanging voor Twitter, maar het is duidelijk niet gericht op het grote publiek en de kans lijkt klein dat alle bekenden hun bereik op Twitter zomaar zullen opgeven. Twitter is ook nog altijd ongeëvenaard als nieuwsplatform.
Van alle decentrale diensten die op het web te vinden zijn, heeft Mastodon misschien wel het meeste momentum. Het heeft inmiddels een publiek gevonden, en heeft de potentie om nog groter te worden en naast de gecentraliseerde socialemediaplatforms te bestaan. Meer concurrentie op de markt voor sociale media is voor ons als gebruikers natuurlijk vrijwel altijd goed.