De MP600 PRO is een van de eerste drives met een Phison E18-controller aan boord. De prestaties zijn stukken beter dan wat drives met de Phison E16 bereikten, waaronder Corsairs eigen MP600. Een vergelijking met die drive is dan ook makkelijk in het voordeel van de PRO beslecht. De MP600 PRO wint in vergelijkingen met andere Gen4-ssd's van de nieuwere generatie, zoals de 980 PRO van Samsung en WD's SN850. In praktijktests zijn de concurrenten wat sneller. Bovendien is Samsungs drive een stuk goedkoper. Wellicht zit er nog meer in het vat met firmwaretweaks voor de E18, maar in onze indices is de Corsair MP600 PRO nu al de snelste.
De MP600 Core combineert een PCIe Gen4-controller van de eerste generatie, de Phison E16, met qlc-nand. De controller is tot aardige prestaties in staat en die zien we in sommige benchmarks ook terug, maar als de drive serieus aan het werk wordt gezet, laat het tragere qlc-nand geen topprestaties toe. De prijs is aantrekkelijk vergeleken met die van Gen4-drives, maar de prestaties liggen op het niveau van menige Gen3-drive, die je voor minder kunt kopen. De capaciteit van maximaal 4TB is wel weer een pluspunt.
Corsair schaart zich onder een groeiend aantal fabrikanten die een NVMe-ssd uitbrengen met een nieuwe generatie flashcontrollers voor PCIe Gen4-drives. Niet zo lang geleden zagen we al fabrikanten als WD, Samsung en Adata pochen met modellen met sequentiële leessnelheden van rond de 7000MB/s. WD doet dat met de Black SN850 met een eigen controller, net als Samsung in de 980 PRO. Adata heeft voor de XPG S70 een controller van Innogrit gevonden, maar Corsair gebruikt een veel bekendere controller, waar we al enige tijd naar uitkeken.
In het snelste model van Corsair, de MP600 PRO, vinden we namelijk de Phison PS5018-E18. Dat is de opvolger van de PS5016-E16 die in de gewone MP600 uit 2019 zit. Waar die E16 stiekem nog een controller had voor Gen3-drives met een Gen4-interface in plaats van een Gen3-interface, is de E18 gebouwd voor de snellere standaard. Corsair levert de MP600 PRO in drie varianten, met 1TB en 2TB-opslag, waarbij die laatste in een luchtgekoelde en watergekoelde uitvoering verkrijgbaar is.
We zagen al steeds grotere heatsinks op Gen4-ssd's, omdat de drives flink warm kunnen worden onder zware belasting. Corsair gaat met de PRO Hydro X Edition echter een stapje verder en laat je de ssd aansluiten op je waterloop. Voor wie dat allemaal te gek is, is er ook de 'budget'-versie van de MP600: de MP600 CORE. We zetten budget tussen aanhalingstekens, want hoewel de drive goedkoper is dan de PRO, mag de prijs er nog altijd zijn. Wat er precies onder de heatspreader gaande is en hoe beide varianten presteren, bekijken we op de volgende pagina's.
Onder de motorkap
Als de MP600 CORE of PRO je ergens aan doet denken, is dat niet zo gek. Beide ssd's hebben dezelfde heatsink als hun voorganger, de MP600. De PRO-versie met het waterkoelblok lijkt vanzelfsprekend wat minder op het origineel; die XM2-heatsink bestaat grotendeels uit twee aansluitingen voor 1/4"-connectors. Onder die heatsinks verschillen beide drives echter aanzienlijk van de 2019-versie. We beginnen met het topmodel, de MP600 PRO.
Het grootste verschil met de MP600 is dat de MP600 PRO een echte, native PCIe Gen4-controller aan boord heeft, de Phison PS5018-E18. Zoals we op de eerste pagina aangaven, is de E16 stiekem gebaseerd op een E12-controller die voor PCIe Gen3-interfaces gemaakt is. De E18 is van meet af aan gebouwd voor Gen4-interfaces en kan die interface ook beter bijbenen. Zo zijn de acht kanalen van de E18 in staat om met 1600MT/s met het flash te communiceren, waar de E16 dat met 800MT/s kon. De E18 ondersteunt ook de nieuwere NVMe-standaard 1.4, waar de E16 versie 1.3 ondersteunt.
De Phison PS5018-E18-controller op de MP600 PRO
Bovendien is de E18 voorzien van drie Arm Cortex-R5-cores, waar de E16 er twee heeft. Ook het ondersteunde DRAM-geheugen is sneller, met maximaal 2666Mbit/s voor de E18 tegenover 1600Mbit/s voor de E16. Ten slotte is de E18 bij TSMC op een 12nm-procedé gemaakt, waar de E16 nog op 28nm werd geproduceerd. Dat alles moet de nieuwe controller in staat stellen dichter in de buurt te komen van het theoretische maximum van viermaal 16GT/s, of ongeveer 7877MB/s, van de '4x4'-interface.
Corsair combineert die E18-controller van Phison met Micron-flashgeheugen. Dat geheugen is opgebouwd uit 96 laagjes en wordt als tlc-nand benaderd. Een deel van het tlc-nand wordt als dynamische slc-cache ingezet en 1GB DRAM per 1TB flash wordt als extra cachelaag gebruikt. Ons 2TB-testexemplaar heeft daarom 2GB DRAM, in dit geval DDR4-2666-chips van SK Hynix.
De MP600 CORE is veel meer een budgetmodel. De controller is de oudere E16-controller die we hierboven al aanhaalden, en het nand is qlc-flash, afkomstig van Micron en eveneens opgebouwd uit 96 laagjes. Anders dan de PRO-drive moet de 2TB CORE-versie het met 1GB DRAM-cache doen. De NVMe-standaard die door de E16-controller wordt ondersteund, is versie 1.3. Hoewel de MP600 CORE qlc-nand gebruikt, geeft Corsair dezelfde vijf jaar garantie als op de PRO-drives. Het totale aantal bytes dat volgens fabrieksopgaaf naar de drive weggeschreven kan worden, is echter een stuk minder: 450TB voor de 2TB CORE-drive tegen 1400TB voor de PRO-drive.
225 euro (1TB-drive) 435 euro (2TB-drive) 460 euro (2TB Hydro X)
160 euro (1TB-drive) 320 euro (2TB-drive) 650 euro (4TB-drive)
115 euro (500GB-drive) 200 euro (1TB-drive) 405 euro (2TB-drive)
De MP600 PRO is in capaciteiten van 1, 2 en 4TB verkrijgbaar. De snellere PRO-drives zijn alleen in 1TB en 2TB te koop en hebben adviesprijzen van 230 en 450 euro gekregen. De watergekoelde 2TB-PRO-drive kost 470 euro. De CORE-varianten hebben adviesprijzen van 160, 320 en 655 euro. Die prijzen zijn op het moment van schrijven nog nauwelijks gedaald.
Testmethode
Voor onze testprocedure voor solid state drives maken we gebruik van een AM4-systeem met X570-chipset en Ryzen 7 3700X met 2x8GB DDR4-2666-geheugen.
We hebben de april-update van 2020 voor Windows 10, ofwel versie 2004, geïnstalleerd en deze uiteraard gefixeerd. Dat hebben we ook met de benchmarksoftware gedaan; de nieuwste versies van AS-SSD, ATTO en PCMark zijn geïnstalleerd en worden niet meer geüpdatet, om vergelijkingen eerlijk te houden.
We testen de sequentiële lees- en schrijfsnelheid met AS-SSD, vooral om de specificaties die fabrikanten opgeven te controleren en om enkele eenvoudige cijfers over de prestaties van een ssd te genereren. Met datzelfde programma meten we ook de 4k-random lees- en schrijfprestaties in iops. Dat doen we met een queue depth van 1, omdat het gros van de consumentensoftwareactiviteit daarmee werkt. ATTO gebruiken we om de overdrachtssnelheden met steeds grotere bestandsgroottes in kaart te brengen. De benchmark test de lees- en schrijfsnelheid van een testbestand met oplopende i/o-afmetingen, van 512 bytes tot 64MB. De gebruikte bestandsgrootte is 256MB en de queue depth is 4. Let wel dat ATTO comprimeerbare data gebruikt, wat een best-casescenariovoor de prestaties oplevert. AS-SSD gebruikt niet-comprimeerbare data en geeft een realistischer beeld, maar veel fabrikanten maken juist vanwege die comprimeerbare data gebruik van ATTO.
We hebben twee programma's voor praktijktests. Allereerst hebben we de storagetest uit PCMark 7 vervangen door de vernieuwde PCMark 10-storagetest. Die benchmark is meer toegespitst op het testen van ssd's en heeft gemoderniseerde traces. We draaien de Full System Drive Benchmark van PCMark 10 en op high-end NVMe-drives draaien we ook de Drive Performance Consistancy Test, die een zeer zware werklast op de ssd's loslaat. Voor de meeste consumentendrives is dat niet heel relevant en zeker niet voor SATA-drives.
De Storage-test van PCMark bestaat uit het afdraaien van traces van onder meer Adobe- en Office-software, waarbij de traces gespltist zijn in het starten van de programma's en het gebruik. Ook worden game-traces uitgevoerd. Daarnaast bevat de test kopieër- en schrijftests met ISO-bestanden en collecties foto's. De Consistency-test gebruikt dezelfde traces, maar schrijft voorafgaand aan de eerste run eerst de ssd enkele keren helemaal vol, zodat de drive in zijn slechtst presterende toestand komt. We geven de steady-state-bandbreedte weer, die laat zien hoe de drive presteert als slc-caches en andere hulpmiddelen om prestaties te verbeteren niet meer werken. In de praktijk zullen weinig mensen hun ssd zo zwaar belasten, maar we nemen de benchmark mee om de geschiktheid van de drives voor zeer intensieve taken te testen.
Ten slotte draaien we onze eigen traces met behulp van Intels Nas Performance Toolkit, kortweg NasPT, op de test-ssd. Traces zijn opnames van alle bestandssysteembenaderingen, dus lees- en schrijfacties, die tijdens een paar scenario's zijn gegenereerd.
De light desktop workload bestaat uit het starten van het Windows 10-systeem, waarna alledaagse programma's als de Chrome-browser en Office-applicaties worden gebruikt. Om de testduur te verkorten, wordt de idle-tijd tussen transacties beperkt tot maximaal 100ms. De gemiddelde doorvoersnelheid in de trace is, na verkorting van de idle-tijd, 22,9MB/s. In totaal worden er 1,96GB gelezen en 1,37GB geschreven. 6,8 procent van de transacties is sequentieel.
De Photoshop & Lightroom Heavy Workload is gebaseerd op een trace van Photoshop en Lightroom in een multitaskingscenario. Hierbij wordt gewerkt met Photoshop-bestanden die zeer veel geheugen gebruiken en daarmee een grote aanslag plegen op de scratchfile die gebruikt wordt voor het bijhouden van de history states. Gelijktijdig met het gebruik van Photoshop wordt er gebrowsed door een catalogus met 20-megapixelfoto's in Lightroom, en worden er foto's gekopieerd van een netwerkshare naar de lokale drive en vandaaruit in Lightroom geïmporteerd.
De Photoshop & Lightroom Heavy Workload is een zware trace. Om de testduur te verkorten, wordt de idle-tijd tussen transacties beperkt tot maximaal 100ms. De gemiddelde doorvoersnelheid in de trace is, na verkorting van de idle-tijd, 162,9MB/s. In totaal worden er 19,1GB gelezen en 56,0GB geschreven. 4,0 procent van de transacties is sequentieel.
De gametrace met de games Grand Theft Auto V en Rise of the Tomb Raider is een relatief lichte workload met veel idle-tijd tussen de transacties. Om de testduur te verkorten, wordt de idle-tijd tussen transacties beperkt tot maximaal vijftien milliseconden. De gemiddelde doorvoersnelheid in de trace is, na verkorting van de idle-tijd, 54MB/s. In totaal worden er 13,0GB gelezen en 1,3GB geschreven. 31,2 procent van de transacties is sequentieel. Deze test betreft de gemiddelde doorvoersnelheid over de totale duur van de transacties in de trace. Dat wil zeggen dat de tijd waarin de ssd of harde schijf idle is, niet wordt meegeteld.
AS SSD en ATTO Disk Benchmark
Uiteraard zetten we de MP600 PRO af tegen de nieuwste en snelste Gen4-ssd's, zoals de WD Black SN850, de Samsung 980 PRO en Adata's S70. Met name voor de MP600 CORE nemen we de oude, reguliere MP600 uit 2019 mee en die drive vergelijken we met de meer mainstream-Gen4-ssd's.
We beginnen met de synthetische benchmarks AS SSD en ATTO. In die eerste zien we sequentële lees- en schrijfsnelheden die in de top meekomen, maar uiteraard niet de beloofde 7GB/s halen; dat zijn resultaten in best-casescenario's die met comprimeerbare data gerealiseerd kunnen worden. De PRO-drive blinkt wel uit in de random read- en write-prestaties, die in de praktijk zeer belangrijk zijn.
Als we naar de MP600 CORE kijken, doet die aardig mee met de mainstream-Gen4-drives, maar valt de ssd nergens echt op door goede resultaten. Gelukkig is de drive ook nergens slecht in, maar bedenk dat het qlc van die drive, zeker bij langer durende schrijfacties, een ander beeld kan tonen.
We benchmarken de drives met ATTO met een queue depth van vier en oplopende transfersizes. Waar de MP600 PRO in AS SSD met 4kB-bestanden goede resultaten liet zien, is dat bij ATTO op z'n best gemiddeld. Pas bij grotere transfersizes laat de drive z'n spierballen zien, waarbij vooral de 64kB-prestaties positief opvallen. De sequentiëlere overdrachten met transfers van 1MB zijn eveneens uitstekend.
Bij de MP600 CORE zijn de prestaties aardig in lijn met wat we van E16-drives gewend zijn; de VP4100 en Aorus Gen4 scoren vrijwel identiek met lezen, maar bij schrijven blijft het aan de E16 gekoppelde qlc wat achter.
Traces en PCMark 10
Voor de praktijktests gaan we verder met onze eigen traces en die van PCMark. In onze eigen NasPT-traces laten we de opentijd van bestanden weg en kijken we puur naar de (virtuele) doorvoersnelheid op basis van lees- en schrijfacties.
Light desktop workload
Gaming workload
Photoshop & Lightroom heavy workload
Light desktop workload - Doorvoer ex opentijd
Interne SSD
Gemiddelde doorvoersnelheid in MB/s (hoger is beter)
De MP600 PRO presteert prima in de lichte workload en ook in de zware workload is de drive redelijk gemiddeld. Voor onze gamingtraces is de drive beter geschikt; alleen de SN850 en 980 PRO zijn dan sneller.
De CORE-variant is een stuk trager dan de meeste concurrentie; alleen de gamingtrace is redelijk. De tegenvallende resultaten in de zware trace zijn nog wel te verklaren door het gebruik van qlc-nand, maar de lichte trace is overwegend lezen, dus daarin had de CORE wel sneller mogen zijn.
De PCMark 10 Storage-test bestaat uit een groot aantal deeltests en traces, waarvan we de samenvatting tonen in de vorm van bandbreedte, totaalscore en latency.
De MP600 PRO eindigt in de PCMark-test aardig waar we hem verwachten: net onder de snelste drives van dit moment en een stap boven de 'oudere' generatie Gen4-drives. De CORE blijft duidelijk achter bij de overige drives en laat zien waarom qlc-nand wellicht niet de gelukkigste keus is voor een Gen4-drive.
PCMark 10 Consistency
De MP600 PRO scoort redelijk in de Consistency-test, maar duidelijk minder goed dan we hadden gehoopt op basis van de gewone PCMark10 Storage-test. De drive scoort in de middenmoot, maar herstelt zich wel vrij aardig na de zware belasting. Het qlc-nand van de MP600 Core laat het in deze test behoorlijk afweten: die drive presteert niet best waar het bandbreedte betreft, en de latencies, vooral bij schrijven, blijven ver achter bij de tlc-drives.
Steady state bandwidth
Steady state read latency
Steady state write latency
PCMark 10 Consistency - Steady state bandwidth (Gemiddeld)
We meten het opgenomen vermogen van ssd's met behulp van TinkerForge PowerBricks. Daarmee kunnen we in het milliwattbereik meten, wat vooral voor idle-metingen een welkome aanvulling is.
Opgenomen vermogen, idle
Sequentieel schrijven
Random schrijven
Opgenomen vermogen, idle
Interne SSD
Gemiddelde opgenomen vermogen in mW (lager is beter)
Idle zijn de CORE en PRO even zuinig, hoewel de eerste met een 28nm-controller en de tweede met een 12nm-controller is uitgerust. Onder belasting is de PRO wel zuiniger dan de CORE tijdens sequential writes; het qlc-nand heeft wat meer spanning nodig dan tlc. Bij random writes is het juist de CORE die wat zuiniger is.
Prestatie-index
We maken gebruik van twee indices om de prestaties eenvoudig te vergelijken. De index 'licht gebruik' bevat de synthetische en praktijktests zonder de consistencytest en vermogen, en de index 'zwaar gebruik' bevat de consistencytest juist wel en legt iets meer nadruk op de zwaardere testonderdelen.
In de index voor licht gebruik hebben we met de MP600 PRO een nieuwe koploper. Kleine kanttekening hierbij: bedenk wel dat die score vooral door synthetische benchmarks geflatteerd wordt, want in de praktijkbenchmarks scoort de PRO weliswaar heel goed, maar nergens het best. Ook in de index zwaar gebruik scoort de MP600 PRO uitstekend en hiervoor geldt hetzelfde als voor de index licht gebruik.
De MP600 CORE zit in beide indices onderaan of bijna onderaan het testveld. In de index voor zwaar gebruik kunnen we dat de drive niet echt aanrekenen, aangezien de PCMark 10 Consistency-test daarin meetelt, en dat is voor een qlc-drive echt een station te ver. In de index voor licht gebruik mag de drive, zeker gezien zijn prijs, echter wel wat hoger uitkomen.
Conclusie
Er zijn nog niet heel veel drives met de Phison PS5018-E18 aan boord. Daarom vergelijken we de MP600 PRO primair met de tweede golf PCIe Gen4-ssd's, die aanzienlijk sneller zijn dan de eerste generatie drives. Als we enkel naar de indices kijken, is de MP600 PRO op dit moment de snelste drive voor mainstream-workloads, en net niet de snelste voor hele zware workloads. Bedenk daarbij wel dat de synthetische benchmarks, waarin de MP600 PRO zeer sterk scoort, het beeld wat vertekenen; in realworld-benchmarks is de MP600 PRO nog steeds een van de snelste, maar zijn met name de 980 PRO en SN850 nog iets sneller.
Wil je dus een echt rappe NVMe-drive, inclusief nette heatsink, dan is de MP600 PRO een uitstekende keus. De ssd is met name voor de SN850 een goed alternatief, maar Samsung prijst de drive met zijn veel lagere prijzen voor de 1TB- en 2TB-varianten wel een beetje uit de markt. De 980 PRO kost in die capaciteiten namelijk ongeveer 20 cent per gigabyte, waar de Corsair ruim 10 procent duurder is.
Als een lagere prijs je doel is, bedient Corsair je met de MP600 CORE. Op basis van specificaties is die nog steeds lekker rap, maar in de praktijk blijkt het qlc-nand van de drive toch echt een beperkende factor te zijn. Voor korte workloads is de slc-cache voldoende, maar voor het zware werk schiet de drive tekort. Daar staat wel een alleszins redelijke prijs tegenover, die echter vergeleken met andere qlc-drives toch fors is. Dan presteert een drive als een 970 EVO Plus voor iets minder geld in de praktijk beter, ondanks de PCIe Gen3-interface. Het grootste pluspunt van de drive is de redelijk zeldzame capaciteit van maximaal 4TB.
Als de Phison E18-controller in meer drives verschijnt, de firmware hier en daar wordt getweakt en de prijzen wat meer gelijk worden getrokken, worden overdrachtsnelheden van ruim 7000MB/s rap gemeengoed. Als de drives dan nog iets beter in praktijkbenchmarks worden, heb je met een E18-ssd, met de MP600 PRO als pionier, een uitstekende drive in je systeem.
Wat ik lastig vind is dat Tweakers appels en peren met elkaar vergelijkt.
Maak twee verschillende benchmarks: één voor 1TB drives, en één voor 2TB drives.
Dit omdat het verschil in cache tussen dezelfde drive in verschillende capaciteiten toch wel voor een groot gedeelte de benchmark lijkt te bepalen. Of heb ik dat mis?
Helemaal mee eens. Daarbij ontbreekt ook nog eens de 2TB versie van de Samsung 980 Pro en dat is toch wel de eerste SSD waarmee je wilt kunnen vergelijken als je twijfelt of je de MP600 Pro 2TB wilt aanschaffen.
Dit omdat het verschil in cache tussen dezelfde drive in verschillende capaciteiten toch wel voor een groot gedeelte de benchmark lijkt te bepalen. Of heb ik dat mis?
Niet alleen de cache, ook het aantal kanalen. De kleinere varianten gebruiken meestal minder chips in plaats van kleinere, zodat niet alle kanalen van de controller gebruikt worden.
Ligt het aan mij, of had de fabrikant het koelblok van deze SSD's beter 180 graden kunnen draaien?
Dan blijft de orientatie van de tekst/typenummers leesbaar op reguliere ATX moederborden.
(Ik kijk dan naar de detailfoto die Tweakers in de banner van deze review plaatst).
[Reactie gewijzigd door Da_maniaC op 23 juli 2024 05:59]
Op een MSI Tomahawk B550 zal het koelblok gewoon leesbaar zijn (tenzij je een inverted build hebt).
Daarnaast, er is toch geen standaard orientatie voor een MVNE-slot? Het is maar net waar de moederbordfabrikant hem plaatst.
Ik vind het heel erg jammer dat Tweakers niet echte wereld testen doet, zo als kleine bestanden of een grote bestand kopiëren naar een andere Corsair MP600 PRO, met een MB die 2x of meer M.2 PCI Express 4.0 x4 slots heeft, dat zou voor mij meer duidelijkheid geven dan al die benchmark programma's
Maar dat ligt dan voor het grootste gedeelte aan jouw use case. Met bijvoorbeeld gaming ga je het amper merken inderdaad. Hoogstens in loading times.
Het verschil ga je echt merken als je applicaties gebruikt die echt heavy op disk performance leunen, zoals foto en videobewerking (scratch disk), Geheugen intensieve applicaties waarbij je echt je swap in draait of compileren van software (een NPM install heeft bijvoorbeeld wel baat bij een snelle schijf.
File transfer is slechts statisch en afhankelijk van cache. Een 20GB file kopieren maakt niet heel veel uit met dit soort schijven. Dat is gewoon snel en kan misschien een paar seconden verschil maken op enkele minuten.
De specs die je in de pricewatch kunt zien bij IOPS zeggen dan ook niet alles. Anandtech gaat vaak nog veel dieper in op queu depths en mixed loads. Een DQ32 is leuk om mee te beginnen. Maar juist bij de dikkere NVME drives zit je dan net aan het begin van de performance te kijken en dat kand an dus een vertekenend beeld geven. Waar de ene drive al piekt bij QD32 omdat de controller daarvoor geoptimaliseerd is, kan het zijn dat een andere drfive pas bij QD128 piekt.
De grap is ook nog eens dat vrijwel alle specsheets de random IO performance niet op QD32 aangeven maar op QD1 volgens Anandtech, dus hoe tweakers op QD32 is mij dan ook een vraag die ik alleen kan beantwoorden met "eigen tests", maar dat hebben ze ook niet bij allemaal gedaan (bij jouw plextor zijn er bijvoorbeeld geen testresultaten vermeld). Dus dat is een beetje apart
Naast IOPS is latency ook nog eens belangrijk en de grap is dat je moederbord daar nog roet in het eten kan gooien. Je geeft aan dat je met een asrock bord draait en die schijnen met de eerder genoemde plextor toch wat performance op tafel te laten liggen: productreview: Plextor M6e(A) 256GB review door TERW_DAN
Maar goed. Ik ben met je eens dat benchmarks niet zoveel zeggen voor dagelijks gebruik en bijvoorbeeeld booten van windows. Op het moment dat je echter meer workstation terrein op komt dan gaat het zeker wel zoden aan de dijk zetten om bijvoorbeeld die 980 pro te pakken. Zolang het maar disk intensief is. Veel random lees en schrijfacties (denk aan een database bijvoorbeeld). Dat ga je echt merken.
Met hedendaagse NVME drives is het bijvoorbeeld al veel minder erg om met bijvoorbeeld browsers je swap in te draaien. je merkt ws dat het net niet lekker soepel draait, maar in vergelijking met een HDD is het echt een wereld van verschil. Ik zou dat met een oudere Sata SSD bijvoorbeeld niet zo snel doen.
Overigens heeft Tweakers juist de traces voor real world scenario's.
[Reactie gewijzigd door supersnathan94 op 23 juli 2024 05:59]
Nou, ik denk dat het meevalt met 'hip en nieuw' hoor, de eerste MP600 is al sinds augustus 2019 op de markt Toen moest ik nog ruim €500 neertellen voor de 2TB versie.
Redactie, is het mogelijk om ook SSD tests uit te voeren met de schijf in 50% en 80% gevuld met data? Ik lees dat met name de 980PRO helemaal in elkaar zakt zodra hij gevuld wordt.
[Reactie gewijzigd door Zuur.Pruim op 23 juli 2024 05:59]
Leuk al die synthetische tests, maar mogen we ook zien wat voor nut dat heeft? Zoals voor het booten van Windows en het laden van games en programma's?
de core is dus duur en traag als ik zo snel ff door de grafieken en de conclusie scroll, echt niet aan te raden dus tov al de rest wat getest is, het feit dat het een nieuwe controller is, wekt bij mij altijd ook nog wat extra argwaan op (hopelijk ten onrechte)