Apple is een kei in de kat uit de boom kijken. Het bedrijf uit Cupertino is niet geneigd nieuwe concepten en technieken snel te omarmen, maar wanneer het dat wel doet, kun je ervan uitgaan dat er goed over nagedacht is. Goede voorbeelden zijn de iPod, iPhone en iPad; geen van die drie apparaten was de eerste in zijn soort, maar na hun introductie groeiden ze allemaal uit tot toppers in hun segment.
Een van de gebieden waarop Apple de laatste tijd conservatief is geweest is het schermformaat. Terwijl de schermen in het Android-kamp groeiden en groeiden, heeft Apple sinds de introductie van de eerste iPhone slechts een halve inch aan de schermdiagonaal toegevoegd; het ging van 3,5" naar 4" in 2012.
Met de achtste generatie iPhone komt daar verandering in. Apple wisselt het 4"-scherm van de iPhone in voor een 4,7"-scherm bij het basismodel. Daarnaast gaat Apple verder en introduceert het ook een groter model, met een 5,5"-scherm.
Ook op andere vlakken poogt Apple in te lopen op de Android-concurrentie. Door het ondersteunen van de draadloze techniek nfc bijvoorbeeld, waarmee Apple draadloos betalen mogelijk wil maken. Ook krijgen de nieuwe iPhones ondersteuning voor snellere vormen van wifi en 4g.
Daarnaast is er nog de softwarezijde. Zoals we inmiddels gewend zijn, gaat de release van een nieuwe iPhone gepaard met een nieuwe versie van iOS, versie 8.0 in dit geval. Na een grote visuele overhaul bij iOS 7 is voor deze nieuwe versie meer aan nieuwe functionaliteit gewerkt. Zo krijgt iOS ondersteuning voor third-party-toetsenborden en wordt het mogelijk voor apps onderling om te communiceren en gegevens uit te wisselen.
Voor Apple-begrippen zijn dat een aantal ingrijpende wijzigingen. Het is duidelijk dat de iPhone 6 een deel van het terrein moet terugwinnen dat Apple in de afgelopen tijd verloor op de smartphonemarkt. Tweakers ging bij Apples eigen evenement in Cupertino alvast aan de slag met deze nieuwe iPhones om te kijken of al deze wijzigingen goed uitpakken.