Vroeger, toen de rekenmachines nog van hout waren en computerkasten nog van geel plastic, toen schreven mensen nog wel eens iets op. Met een analoge stylus waar dan stukjes grafiet vanaf braken, of zo een waarbij gekleurde inkt, net als bij een 2d-printer, op papier terechtkwam. Het was een tijd waarin je niet continu werd afgeleid door notificaties en video's die ergens in een onvindbaar tabblad staan te spelen.
Dat gebrek aan afleiding was niet het enige voordeel van papier, want destijds kon je nog eens wat krabbels in de kantlijn zetten, tekeningetjes maken als je je tijdens een vergadering verveelde of daadwerkelijk nuttige schetsjes maken, om bijvoorbeeld een idee uit te werken.
Dat papier was zo gek nog niet en met de komst van schermen met elektronische inkt, kwamen er ook digitale versies van de notitieblokken. Voor dit artikel ben ik met drie van die apparaten aan de slag gegaan. Om te beginnen de Lenovo Smart Paper, die afgelopen zomer uitkwam en daarnaast de Kobo Elipsa 2E, die al iets langer in de winkel ligt. Ze moeten het opnemen tegen de reMarkable 2, een digitaal notitieblok dat al een paar jaar meegaat, maar nog altijd bijzonder populair is. Inclusief pennetje en hoes kost de Lenovo vijfhonderd euro; de Kobo komt op 450 euro. Bij de reMarkable is het ervan afhankelijk welke hoes en pen je kiest, maar daarbij zit je ook al gauw op vijfhonderd euro. Iets duurder dan een notitieblok en een paar pennen dus, maar welk van de drie weet het aloude velletje en schrijfgerij het beste te emuleren?