Svein Holden, openbaar aanklager in de zaak tegen Anders Breivik, stond in zijn openingsbetoog stil bij de periode waarin Breivik World of Warcraft speelde. Hij probeerde daarmee het beeld te schetsen dat Breivik sociaal geïsoleerd was.
Breivik, de man die een jaar geleden in Noorwegen 77 jongeren doodschoot op het eiland Utøya, woonde in 2006 en 2007 bij zijn moeder. Hij deed daar een jaar lang niets anders dan World of Warcraft spelen, stelde openbaar aanklager Holden gisteren in zijn openingsbetoog. Holden omschreef de game daarbij als gewelddadig. De verder vooral stoïcijnse Breivik moest lachen bij de passage over zijn WoW-verleden, vooral toen Holden een screenshot toonde van Justicar Andersnordic, het character waarmee hij speelde.
Holden wilde daarmee duidelijk maken dat Breivik in de tien jaar voorafgaand aan zijn daad een sociaal geïsoleerd bestaan leidde en een leven vol mislukkingen achter de rug heeft. Zo voerde de aanklager naast het WoW-verleden ook aan dat Breivik zonder veel succes tot drie keer toe geprobeerd heeft een eigen bedrijf op te richten.
Holden is niet de eerste die verband probeert te leggen tussen games en geweldsmisdrijven. In veel geruchtmakende rechtszaken doen aanklagers hetzelfde. Zo zou Tristan van der V. veel shooters hebben gespeeld. De moordpartij, een jaar geleden in Alphen aan den Rijn, zou zelfs verdacht veel lijken op een scène uit Call of Duty: Modern Warfare 2. Ook in de zaken rond de moorden op de Columbine High School en Virginia werd de link met gewelddadige games gelegd.
Er is veel onderzoek gedaan naar het verband tussen gewelddadige games en gewelddadig gedrag. De resultaten van de diverse onderzoeken spreken elkaar tegen. Er zijn onderzoeken die een verband aantonen, maar ook onderzoeken die geen verband tonen. Ook in Noorwegen werd direct na de schietpartij op Utøya het verband gelegd. Zo haalde een Noorse supermarktketen World of Warcraft en Call of Duty: Modern Warfare 2 uit de schappen zodra bekend werd dat Breivik de games had gespeeld.