Wetenschappers zijn er in geslaagd om de fijne motoriek van de hand na te bootsen door de benodigde hersensignalen op te vangen met een hersenimplantaat. Daarmee worden dergelijke chips steeds preciezer.
Voor het onderzoek, uitgevoerd aan de universiteit in Zhejiang, werd gebruikgemaakt van apen, die een chip geïmplanteerd kregen. Deze bevond zich in een hersengebied dat zorgt voor de aansturing van spieren. Vervolgens kregen de apen een opdracht waarbij gebruikgemaakt werd van de vingers, waarna de in de hersenen opgewekte signalen werden opgevangen door de chip. Het implantaat stuurt zijn signalen door naar een aangesloten robothand. Deze begon vervolgens op dezelfde wijze te bewegen als die van de aap zelf.
De gesimuleerde bewegingen zijn minder precies dan die van een echte hand. Dat komt omdat de chip slechts de signalen van 200 neuronen opvangt, terwijl de fijne motoriek van de hand door honderdduizenden neuronen wordt aangestuurd. Nieuwere implantaten moeten meer signalen tegelijkertijd op kunnen vangen en zo de robotbeweging preciezer maken.
Wetenschappers zijn al enige tijd bezig om met behulp van breinimplantaten robotledematen aan te sturen. Zo slaagde men er al in om een man met behulp van gedachten een robotarm aan te laten sturen. Vingerbewegingen zijn moeilijker te simuleren vanwege de fijne motoriek.