IBM heeft zijn zEnterprise-mainframe uitgebracht. De fabrikant claimt dat de server 40 tot 60 procent krachtiger is dan zijn voorganger, de z10, terwijl het verbruik op hetzelfde niveau zou zijn gebleven.
De coreserver van het zEnterprise-systeem is de zEnterprise 196, die in totaal 96 cores met een kloksnelheid van 5,2GHz bevat. IBM zou de geclaimde prestatieverbetering van 60 procent hebben gemeten bij rekenintensieve taken als Java-verwerking. De multichip-modules kunnen met water worden gekoeld, waardoor het verbruik met maximaal 12 procent kan worden teruggebracht. Hiertoe kan de z196 direct op het gekoelde waterleidingnetwerk van datacenters worden aangesloten. Het systeem kan maximaal 3TB raim bevatten. Daarnaast bevat een systeem standaard de zEnterprise BladeCenter Extension en de zEnterprise Unified Resource Manager.
:fill(white)/i/1279796654.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1279796655.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1279796656.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1279796657.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1279796658.jpeg?f=thumb)
Volgens IBM kan het systeem dankzij de de Unified Resource Manager meer dan 100.000 gevirtualiseerde servers draaien die als een enkel systeem kunnen worden beheerd. Dankzij de combinatie met de BladeCenter Extensions kunnen werklasten ook over andere System z-systemen worden verdeeld. Om dit mogelijk te maken heeft IBM drie jaar lang met dertig van zijn grootste klanten samengewerkt.
Later dit jaar zal IBM de zEnterprise BladeCenter Extension uitbrengen met ondersteuning voor Power7-blades die AIX, IBM's Unix-OS draaien. Hiermee wordt de mogelijkheid tot verdeling van de workload naar deze systemen uitgebreid. Volgend jaar volgt de release van een BladeCenter Extension die ondersteuning voor op Linux draaiende System x-servers naar het zEnterprise-systeem brengt.