Onderzoek van de politiebond ACP wijst uit dat de meeste politieagenten tegen opname van hun eigen dna in een door Binnenlandse Zaken voorgestelde database zijn. Die moet op een plaats delict aanwezige agenten snel uitsluiten van onderzoek.
De politiebond enquêteerde zevenhonderd van zijn leden, en tachtig procent gaf aan hun dna niet voor zo'n database af te willen staan, schrijft het Nederlands Dagblad. De agenten twijfelen aan de waterdichtheid van het systemen en zijn er niet gerust op dat hun gegevens niet in verkeerde handen vallen of voor oneigenlijke doeleinden worden gebruikt. Ook maken ze zich zorgen over de privacy van hun naaste familieleden, wiens dna immers grote gelijkenis vertoont met dat van henzelf.
Het Ministerie Binnenlandse Zaken stuurt op de invoering van de databank aan om te voorkomen dat de recherche kostbare tijd verspilt met het analyseren van materiaal van op de plek van een misdrijf aanwezige politiemensen. Rechercheurs zouden wel voorstander zijn van een politie-dna-register.
Ook een andere politievakbond, de NPB, heeft bezwaren, en wijst er onder meer op dat personeel van hulpdiensten en medewerkers van het Openbaar Ministerie ook dna-materiaal af zouden moeten staan. Volgens de NPB is een 'eliminatiedatabank' enkel nuttig indien van iedereen die op een plaats delict werkt, dna-materiaal is opgenomen.