Onderzoekers hebben een manier ontwikkeld om gegevens in quantum bits zowel te manipuleren als gedurende langere tijd op te slaan door eigenschappen van elektronen en atoomkernen te combineren.
Medewerkers van de Oxford en Princeton universiteiten en het Lawrence Berkeley National Laboratory hebben een manier ontwikkeld om gegevens gedurende één en driekwart seconde in de kern van een atoom op te slaan. De onderzoekers gebruikten hiervoor siliciumkristallen opgebouwd uit het isotoop 28Si en fosforatomen. Zowel de atoomkern als het elektron gedroeg zich als een quantummagneet waarin gegevens opgeslagen konden worden.
Het elektron leent zich dankzij zijn relatief sterke magnetische veld het best om gemanipuleerd te worden. Ook het uitlezen van de opgeslagen quantuminformatie is makkelijk te realiseren bij de elektronen. De informatie die in de elektronen ligt opgeslagen, kan op de kern van het atoom worden overgedragen. In de kern kan de informatie langer dan de grenswaarde, de tijd die nodig is om data via conventionele manieren op te slaan, opgeslagen worden. De onderzoekers realiseerden ruim honderd seconden opslagtijd: het voormalig record stond op enkele tientallen milliseconden. Het gebruik van silicium zou een quantumcomputer bovendien meer compatibel met conventionele computers maken.