Na een investering van 190 miljoen euro in 2006 heeft het ministerie van Economische Zaken nu nog eens 153 miljoen euro uitgetrokken om de koppositie van Nederland op het gebied van geavanceerde technologie te versterken.
Het extra geld moet in de komende 3,5 jaar besteed worden aan het project 'Point One', dat twee jaar geleden al 190 miljoen euro kreeg om Nederland wereldleider te maken op het gebied van nanotechnologie en embedded systemen. Het oorspronkelijke Point One-programma is inmiddels uitgebreid met het Programme for High Tech Systems, waarbij het zwaartepunt op mechatronica en robotica ligt. Tot en met 2011 krijgt het project daarom van het ministerie de beschikking over 153 miljoen euro extra.
De combinatie van de innovatieprogramma's Point One en het Programme for High Tech Systems is Phase 2 genoemd en kreeg de nieuwe subsidie na positief advies van de Strategische Advies Commissie. Met het extra geld dat minister Van der Hoeven van EZ beschikbaar heeft gesteld, zal Phase 2 moeten leiden tot een uitbreiding van internationale samenwerking op het gebied van R&D. Ook is mechatronica, een mix van elektronica, mechanica en softwarelogica, als aandachtsgebied aan het programma toegevoegd. Aan Phase 2 zijn ruim 150 partijen verbonden, waaronder grote bedrijven als Philips, Asml en Asmi, en onderzoeksinstituten als TNO en de drie technische universiteiten. Ook vertegenwoordigd is het mkb, dat zeer actief op het gebied van mechatronica is, maar meer aan innovatie zou moeten doen.