Het produceren en up-to-date houden van elektronisch kaartmateriaal is een arbeidsintensief en kostbaar klusje. Per jaar wordt ongeveer een kwart van Nederland vanuit de lucht gefotografeerd. Van oudsher was dit een militaire taak maar in 2004 is de Topografische dienst ondergebracht bij het kadaster. Met de foto’s zijn we er niet want het is vanuit een vliegtuig toch echt lastig om op de straatnaambordjes te kijken en ook of de gemeente misschien ergens twee paaltjes heeft neergezet om sluipverkeer tegen te gaan. Laat staan om te bepalen of een straat éénrichtingsverkeers is of wat de maximale snelheid ter plaatse is. Zelfs de naastliggende gemeente heeft daar geen weet van. Dat het jaren kan duren voordat ook je TomTom op de hoogte is ervaren we met z’n alle dagelijks. Teleatlas vergaart deze informatie. Niet uit hobby maar om commercieel te exploiteren. Dat doet ze bijvoorbeeld door nu en dan in een busje met camera’s door uw woonwijk te rijden, maar ook door gemeentes actief te benaderen en zo te proberen de mutaties verstrekt te krijgen. De lucht en satellietfoto’s dekken maar een beperkt deel van de gegevens. Bovendien moeten deze foto’s van
raster omgezet worden naar
vector. Een moeizaam proces waarbij de wegen en de kruispunten in het plaatje opgespoord en overtrokken worden. De coördinaten van de punten en lijnen die daarbij ontstaan worden in een gegevensbestand vastgelegd. Pas dan kan je vragen stellen als "rijd ik op of naast de weg?", "Wat is de kortste afstand van a naar b? en kunnen bijbehorende gegevens als de straatnaam, maximale snelheid eraan worden gekoppeld.
Teleatlas heeft het wiel niet zelf uitgevonden. Toen de staatsmijnen in Zuid Limburg sloten moest er voor veel ongeschoolde arbeiders nieuw werk gezocht worden. Niet alleen het ABP, het CBS, maar ook de Verkeersongevallenregistratie werd om die reden daar gevestigd. De opdracht aan de club was om te signaleren dat bepaalde wegen of kruispunten gevaarlijk waren zodat verkeerstechnische verbeteringen aangebracht konden worden. Tientallen jaren lang werd van elk procesverbaal wat de politie opstelde een afschriftje naar Heerlen gezonden. De dienstdoende ambtenaar van het VOR nam bij binnenkomst alle gegevens over, plaatste een stipje op een kaart en noteerde keurig de Rijksdriehoek-coördinaten (zeg maar: de lengte en breedtegraad) zodat het verkeersincident in verband gebracht kon worden met de al aanwezige aanrijdingen in de databank. Zo ontstond het VOR-netwerk. De enige voorwaarden voor een straat om in dat bestand voor te komen was dat er ooit een aanrijding had plaatsgevonden. Maar ook dat viel mee want de ijverige ambtenaren hadden de gewoonte er de laatste luchtfoto van de Topografische dienst onder te leggen en meteen de omliggende straatjes en wijkjes even mee te nemen, totdat het ongeveer dekkend was. Het groeide uit tot het grootste gerubriceerde geografische bestand van het Nederlandse wegennet.
Pas na de komst van GPS bleek het voor heel veel andere doeleinden geschikt. Een ware schatkamer van veel manjaren noeste (en laagbetaalde) arbeid. Het probleem was dat de stoffige overheidsdienst zelf misschien nog wel enig besef had van de waarde die het vertegenwoordigde, maar de politiek al helemaal niet. De Teleatlassen, Garmins en Navteq’s (Philips) van deze wereld des te meer en de tent werd snel leeggeschud. Het aardige van de kaartenbusiness is dat het als een cocktail blijkt te mengen en de auteursrechten, net als in alle omiggende landen, teruglopen naar de militaire ordonnans. Nu is Teleatlas aan de beurt om overgenomen te worden en vechten Garmin en TomTom om de buit. U zult er nog redelijk van opkijken wat de onderliggende gegevens in uw TomTom (of elk andere navigatie apparaatje van een ander merk) waard is. De overheid zelf betaalt al miljoenen aan licenties. Notabene voor informatie die zij met haar eigen vliegtuigen, het blauw op straat , de talloze rijks- en gemeenteambtenaren bij elkaar geschraapt heeft. Teleatlas heeft wereldwijd 2.300 mensen in dienst waarvan circa 25 fte (!) in Nederland. Die zijn dus -inclusief de chauffeur van dat busje wat bij u door de straat rijdt- kennelijk 1 miljoen euro per stuk waard. Of zou het toch de schatkist aan gegevens zijn die zij zo handig bemachtigd hebben?
De Verkeersongevallenregistratie (of wat er nog van over is) is inmiddels ondergebracht bij de Adviesdienst Verkeer en Vervoer. De bruidschat die zij meebrachten is samengevoegd met enkele andere bestanden van de overheid en gaat nu door het leven als het
Nationaal Wegenbestand (NWB). Ingegeven door de bepalingen in de Wet Openbaarheid Bestuur (WOB) overweegt de overheid de zaak nu open te stellen. Een initiatief wat in dit verband alle steun verdiend is van
OpenStreetMap. Zij doen -geheel in de Open Source gedachte- hun best het kaartmateriaal terug te brengen in het publieke domein. Wat is er publieker dan de ligging van een weg, zou je zeggen? Maar dan komt opeens de hypocrisie van de "vrije" markt om de hoek kijken. Uitgerekend de bedrijven die het als eerste van de overheid ontfutseld hebben maken bezwaar dat u en ik (de oorpronklijke eigenaren) er ook toegang toe zullen krijgen of er nieuwe producten mee kunnen maken. Zij vrezen concurrentie en zijn bang hun monopoliepositie kwijt te raken. Zie ook
http://www.verkeerenwater...ultatie_tcm195-189308.pdf
Lang leven het “vrije” markt denken.
[Reactie gewijzigd door uflex op 6 augustus 2024 01:22]