De Franse overheid heeft grootse plannen om van Parijs de hoofdstad van opensourceland te maken. Met deze plannen hoopt Frankrijk op termijn een nieuwe economie te stimuleren, gebaseerd op vrije software.
Dat Frankrijk sympathie heeft voor de vrije gedachte steekt de overheid niet onder stoelen of banken, maar een en ander gebeurt ook met het oog op eventuele voordelen voor de staat. Door vrije software te gaan promoten en het opensourcegedachtegoed te verdedigen, hoopt de minister van Economie, Financiën en Industrie Thierry Breton ervoor de zorgen dat de Franse economie jaarlijks met drie tot vier procent groeit. Dit groeicijfer staat echter nog steeds in schril contrast met dat van de Chinese handelsmarkt, die drijft op goederenhandel als computerexport en jaarlijks zowat tien procent meer waard wordt.
Om de ideeën te verwezenlijken werd een werkgroep opgericht onder leiding van professor Roberto Di Cosmo. Hij zal bijgestaan worden door Alexandre Zapolsky, ceo van een opensourcesoftwarebedrijf, François Bancilhon, ceo van Mandriva en Stéfane Fermigier, ceo van de cms-ontwikkelaar Nuxeo. Uit de samenstelling van de werkgroep blijkt al dat de stimulans vooral vanuit de bedrijfswereld zal moeten komen, maar de vier wijzen zijn ervan overtuigd dat het oprichten van een 'center of excellence' ervoor kan zorgen dat de industrie in Parijs een opkikker krijgt en dat er minder banen verloren gaan ten gevolge van outsourcing. Volgens voorzitter Di Cosmo is er ondanks het gemak van virtuele vergaderingen en samenwerking via internet nog altijd nood aan een fysieke plaats waar softwareontwikkelaars kunnen samenkomen en overleggen.