De Taiwanese computerfabrikant Acer heeft zichzelf voor zijn dertigste verjaardag een dure belofte cadeau gedaan: het bedrijf wil in 2007 de op twee na grootste pc-bouwer ter wereld worden. De derde stek wordt momenteel nog bezet door het Chinese Lenovo, dat eind 2004 het sterke IBM-merk overnam; de eerste twee posities op de ranglijst zijn voor Dell en HP. Volgens de onderzoekers van IDC bouwt Acer wereldwijd 6 procent van alle pc's, en dus moet het 1,8 procentpunt goedmaken om de 7,8 procent van Lenovo in te halen. Het bedrijf denkt dat zonder overnames of fusies voor elkaar te kunnen boksen: 'We kunnen nummer drie worden met een organisch groeimodel', zei president Gianfranco Lanci op het verjaardagspartijtje in Taipei.
Het bedrijf hoopt de halsbrekende groeicijfers - Acer groeide in het derde kwartaal van dit jaar met 34,3 procent - door meer samenwerkingsovereenkomsten met leveranciers en distributeurs vol te houden. De fabrikant wil vooral op het gebied van goedkope laptops en kleine kantoormachines scoren; volgens Lanci zorgen zulke producten voor een stabiele vraag. Door de partners een gedeelte van de marge te gunnen, wordt Acer groter, en hoe groter Acer wordt, hoe afhankelijker de partners van het bedrijf worden, hoopt topman J.T. Wang. Ook beheersen steeds meer retailers het 'direct sales'-kunstje dat Dell groot maakte, waardoor de marktleider minder concurrerend is geworden: Dell groeide in Q3 slechts 3,6 procent, terwijl HP 15 procent meer afzet vond en Lenovo 10 procent meer verkocht. Verder verwacht het bedrijf veel van de Amerikaanse markt, die slechts twee jaar geleden betreden werd en waar nu al twintig procent van de omzet verdiend wordt, en ook in China hopen de Taiwanezen nog flink te kunnen groeien.